| Zelfstandig Naamwoord | Verwante vertalingen | Andere vertalingen |
|
rustre
|
|
agrariër; boer; heikneuter; kinkel; lummel; onbeschofte man; pummel; rotjoch; schoffie; sodemieter; vlegel; vlerk
|
|
villageois
|
|
dorpeling; dorpelinge; dorpelingen; dorpsbevolking; dorpsbewoner; dorpsbewoners; dorpsgemeenschap; dorpslui
|
| Not Specified | Verwante vertalingen | Andere vertalingen |
|
champêtre
|
|
landelijk; plattelands
|
|
rural
|
|
landelijk; plattelands
|
|
rustique
|
|
landelijk; plattelands
|
| Bijwoord | Verwante vertalingen | Andere vertalingen |
|
campagnard
|
dorps
|
aanmatigend; landelijk; onbeschaamd; onbeschoft; ongegeneerd; plattelands; respectloos; rustiek
|
|
champêtre
|
dorps
|
aanmatigend; landelijk; onbeschaamd; onbeschoft; ongegeneerd; respectloos; rustiek
|
|
de façon rustique
|
dorps
|
aanmatigend; landelijk; onbeschaamd; onbeschoft; ongegeneerd; respectloos; rustiek
|
|
en rustre
|
dorps
|
aanmatigend; onbeschaamd; onbeschoft; ongegeneerd; respectloos
|
|
grossier
|
dorps
|
aanmatigend; aanstootgevend; aanstotelijk; amoreel; banaal; boers; bokkig; bot; grof; hufterig; immoreel; indiscreet; laag-bij-de-grond; lomp; obsceen; onbehoorlijk; onbehouwen; onbeleefd; onbeschaafd; onbeschaamd; onbeschoft; onbetamelijk; onelegant; onfatsoenlijk; ongegeneerd; ongehoord; ongelikt; ongemanierd; ongepast; onhebbelijk; onhoffelijk; onkies; onopgevoed; onvertogen; onvriendelijk; onwelvoegelijk; onzedelijk; onzedig; ordinair; plat; platvloers; plomp; respectloos; schofterig; schuin; schunnig; triviaal; verkeerd; vies; vlegelachtig; volks; vulgair; vunzig; zedeloos
|
|
rural
|
dorps
|
aanmatigend; agrarisch; landelijk; onbeschaamd; onbeschoft; ongegeneerd; plattelands; respectloos; rustiek
|
|
rustaud
|
dorps
|
aanmatigend; landelijk; onbeschaamd; onbeschoft; ongegeneerd; respectloos; rustiek
|
|
rustique
|
dorps
|
aanmatigend; landelijk; onbeschaamd; onbeschoft; ongegeneerd; respectloos; rustiek
|
|
rustre
|
dorps
|
aanmatigend; bot; lomp; onbehouwen; onbeschaafd; onbeschaamd; onbeschoft; onelegant; ongegeneerd; ongelikt; onopgevoed; plomp; respectloos
|
|
villageois
|
dorps
|
aanmatigend; landelijk; onbeschaamd; onbeschoft; ongegeneerd; respectloos; rustiek
|
|
à la paysanne
|
dorps
|
aanmatigend; boers; hufterig; landelijk; lomp; onbehoorlijk; onbehouwen; onbeleefd; onbeschaafd; onbeschaamd; onbeschoft; ongegeneerd; ongemanierd; onhoffelijk; respectloos; rustiek
|