Overzicht
Nederlands naar Frans:   Meer gegevens...
  1. dosissen:
  2. dosis:
  3. Wiktionary:


Nederlands

Uitgebreide vertaling voor dosissen (Nederlands) in het Frans

dosissen:

dosissen [de ~] zelfstandig naamwoord, mv.

  1. de dosissen (doses)
    la doses
    • doses [la ~] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor dosissen:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
doses doses; dosissen

Verwante woorden van "dosissen":


dosissen vorm van dosis:

dosis [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord

  1. de dosis (portie)
    la portion; la dose; la part
    • portion [la ~] zelfstandig naamwoord
    • dose [la ~] zelfstandig naamwoord
    • part [la ~] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor dosis:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
dose dosis; portie
part dosis; portie aandeel; basisbestanddeel; bestanddeel; bijdrage; component; deel; deeltje; element; fractie; inbreng; ingrediënt; noodrantsoen; onderdeel; onderdeeltje; part; portie; rantsoen; segment; stuk
portion dosis; portie aandeel; aanstellerij; barrels; basisbestanddeel; bestanddeel; bijdrage; component; contributie; deel; delen; element; fractie; ingrediënt; lidmaatschapsgeld; noodrantsoen; onderdeel; part; parten; partjes; portie; porties; rantsoen; segmenten; stuk; stukken; toneel

Verwante woorden van "dosis":


Wiktionary: dosis

dosis
noun
  1. hoeveelheid van een geneesmiddel
dosis
noun
  1. quantité et proportion déterminées des ingrédients qui entrent dans la composition d’un remède.