Nederlands
Uitgebreide vertaling voor een zonde begaan (Nederlands) in het Frans
een zonde begaan:
een zonde begaan werkwoord (bega een zonde, begaat een zonde, beging een zonde, begingen een zonde, een zonde begaan)
-
een zonde begaan (zondigen)
pécher; commettre un péché-
pécher werkwoord (pèche, pèches, péchons, péchez, pèchent, péchais, péchait, péchions, péchiez, péchaient, péchai, péchas, pécha, péchâmes, péchâtes, péchèrent, pécherai, pécheras, péchera, pécherons, pécherez, pécheront)
-
commettre un péché werkwoord
-
Conjugations for een zonde begaan:
o.t.t.
- bega een zonde
- begaat een zonde
- begaat een zonde
- begaan een zonde
- begaan een zonde
- begaan een zonde
o.v.t.
- beging een zonde
- beging een zonde
- beging een zonde
- begingen een zonde
- begingen een zonde
- begingen een zonde
v.t.t.
- heb een zonde begaan
- hebt een zonde begaan
- heeft een zonde begaan
- hebben een zonde begaan
- hebben een zonde begaan
- hebben een zonde begaan
v.v.t.
- had een zonde begaan
- had een zonde begaan
- had een zonde begaan
- hadden een zonde begaan
- hadden een zonde begaan
- hadden een zonde begaan
o.t.t.t.
- zal een zonde begaan
- zult een zonde begaan
- zal een zonde begaan
- zullen een zonde begaan
- zullen een zonde begaan
- zullen een zonde begaan
o.v.t.t.
- zou een zonde begaan
- zou een zonde begaan
- zou een zonde begaan
- zouden een zonde begaan
- zouden een zonde begaan
- zouden een zonde begaan
diversen
- bega een zonde!
- begaat een zonde!
- een zonde begaan
- een zonde begaand
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze
Vertaal Matrix voor een zonde begaan:
| Werkwoord | Verwante vertalingen | Andere vertalingen |
| commettre un péché | een zonde begaan; zondigen | |
| pécher | een zonde begaan; zondigen | bezondigen; inbreuk maken; overtreden |