Nederlands

Uitgebreide vertaling voor geacht (Nederlands) in het Frans

geacht:

geacht bijvoeglijk naamwoord

  1. geacht (gerespecteerd; gewaardeerd; geëerde; geëerd)
    apprécié; estimé; respecté; honoré; illustre
  2. geacht (vooraanstaand; prominent; vooraanstaande; )
    respectable; éminent; haut placé; vénérable; en vue; important; supérieur; digne; de marque; d'importance; d'un rang élevé
  3. geacht (prominent; vooraanstaand; hooggeplaatst; )
    important; éminent; marquant; vénérable; haut placé; supérieur; de marque; de grande valeur; de haute qualité; d'importance; d'un rang élevé

Vertaal Matrix voor geacht:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
supérieur baas; bevelhebber; chef; commandant; hoofd; kloosteroverste; meerdere; meester; moeder overste; overste; patroon; superieur
Bijvoeglijk NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
estimé geacht; gerespecteerd; gewaardeerd; geëerd; geëerde bepaald; een zekere; gelauwerd; geprezen; geschat; gevierd; gezegend; populair; zeer geachte
respectable deugdzaam; eerzaam; zedig
BijwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
apprécié geacht; gerespecteerd; gewaardeerd; geëerd; geëerde gewaardeerd; hooggeschat; op prijs gesteld
d'importance befaamd; geacht; hooggeplaatst; hooggezeten; prominent; vooraanstaand; vooraanstaande; voornaam aanzienlijk; adelijk; behoorlijk; belangrijk; beroemd; danig; doorluchtig; duchtig; flink; gedistingeerd; gewichtig; hooggeplaatst; illuster; stoer; van belang; verheven; voornaam
d'un rang élevé befaamd; geacht; hooggeplaatst; hooggezeten; prominent; vooraanstaand; vooraanstaande; voornaam aanzienlijk; adelijk; beroemd; doorluchtig; gedistingeerd; gewichtig; hooggeplaatst; illuster; verheven; voornaam
de grande valeur befaamd; geacht; hooggeplaatst; hooggezeten; prominent; vooraanstaand; vooraanstaande; voornaam kostbaar; waardevol
de haute qualité befaamd; geacht; hooggeplaatst; hooggezeten; prominent; vooraanstaand; vooraanstaande; voornaam hoogwaardig; perfect; prima; van goede kwaliteit
de marque befaamd; geacht; hooggeplaatst; hooggezeten; prominent; vooraanstaand; vooraanstaande; voornaam
digne befaamd; geacht; hooggeplaatst; hooggezeten; prominent; vooraanstaand; vooraanstaande achtbaar; achtenswaardig; deftig; eerbiedwaardig; menswaardig; statig; waardig
en vue befaamd; geacht; hooggeplaatst; hooggezeten; prominent; vooraanstaand; vooraanstaande
haut placé befaamd; geacht; hooggeplaatst; hooggezeten; prominent; vooraanstaand; vooraanstaande; voornaam hoog geplaatst
honoré geacht; gerespecteerd; gewaardeerd; geëerd; geëerde hooggeacht; hooggeëerd
illustre geacht; gerespecteerd; gewaardeerd; geëerd; geëerde aanzienlijk; adelijk; befaamd; beroemd; deftig; doorluchtig; doorluchtige; erkend; fier; gedistingeerd; gerenommeerd; gevierd; gewichtig; hooggeplaatst; illuster; indrukwekkend; majestueus; nobel; parmant; parmantig; plechtig; plechtstatig; populair; roemrucht; statig; trots; verheven; voornaam; vorstelijk
important befaamd; geacht; hooggeplaatst; hooggezeten; prominent; vooraanstaand; vooraanstaande; voornaam aanmerkelijk; aanzienlijk; beduidend; behoorlijk; belangrijk; belangrijke; enorm; flink; fors; important; invloedrijk; noemenswaardige; substantieel; van belang; vooraanstaand; waard
marquant befaamd; geacht; hooggeplaatst; hooggezeten; prominent; vooraanstaand; vooraanstaande; voornaam frappant; gezichtsbepalend; in het oog lopend; in het oog springend; opmerkelijk; opmerkenswaardig; opvallend; saillant; toonaangevend; treffend
respectable befaamd; geacht; hooggeplaatst; hooggezeten; prominent; vooraanstaand; vooraanstaande aanmerkelijk; aanzienlijk; achtbaar; achtenswaardig; beduidend; behoorlijk; beschaafd; eerbaar; eerbiedwaardig; eerbiedwekkend; eerzaam; enorm; fantastisch; fatsoenlijk; flink; formidabel; fors; geducht; geweldig; hebbelijk; in hoge mate; indrukwekkend; keurig; kies; netjes; prachtig; respectabel; welgemanierd; welopgevoed
respecté geacht; gerespecteerd; gewaardeerd; geëerd; geëerde aanzienlijk; adelijk; beroemd; doorluchtig; gedistingeerd; gewichtig; hooggeplaatst; illuster; verheven; voornaam
supérieur befaamd; geacht; hooggeplaatst; hooggezeten; prominent; vooraanstaand; vooraanstaande; voornaam aanmatigend; arrogant; bovenst; bovenste; eersteklas; eersterangs; geringschattend; hautain; honend; hooghartig; hoogmoedig; hoogwaardig; hovaardig; kleinerend; laatdunkend; minachtend; neerbuigend; opperst; opperste; perfect; prima; smalend; spottend; superieur; top; tot de beste klasse behorend; trots; uit de hoogte; uitstekend; van goede kwaliteit; verwaand; zelfgenoegzaam; zelfingenomen
vénérable befaamd; geacht; hooggeplaatst; hooggezeten; prominent; vooraanstaand; vooraanstaande; voornaam aanzienlijk; achtbaar; achtenswaardig; adelijk; beroemd; doorluchtig; eerbiedwaardig; gedistingeerd; gewichtig; hooggeplaatst; illuster; plechtig; plechtstatig; statig; verheven; voornaam; zeer plechtig
éminent befaamd; geacht; hooggeplaatst; hooggezeten; prominent; vooraanstaand; vooraanstaande; voornaam aanmerkelijk; aanzienlijk; beduidend; behoorlijk; deftig; dominant; enorm; fier; flink; fors; gedistingeerd; gezaghebbend; gezichtsbepalend; indrukwekkend; maatgevend; majestueus; nobel; parmant; parmantig; plechtig; plechtstatig; statig; toonaangevend; trots; vooraanstaand; vooraanstaande; voornaam; vorstelijk

Verwante woorden van "geacht":



achten:

achten [het ~] zelfstandig naamwoord

  1. het achten (eren)
    l'honneur
    • honneur [le ~] zelfstandig naamwoord

achten werkwoord (acht, achtte, achtten, geacht)

  1. achten (hoogachten; respecteren; eerbiedigen; hoogschatten)
    respecter; considérer; estimer; honorer; vénérer; être respectueux; observer
    • respecter werkwoord (respecte, respectes, respectons, respectez, )
    • considérer werkwoord (considère, considères, considérons, considérez, )
    • estimer werkwoord (estime, estimes, estimons, estimez, )
    • honorer werkwoord (honore, honores, honorons, honorez, )
    • vénérer werkwoord (vénère, vénères, vénérons, vénérez, )
    • être respectueux werkwoord
    • observer werkwoord (observe, observes, observons, observez, )

Conjugations for achten:

o.t.t.
  1. acht
  2. acht
  3. acht
  4. achten
  5. achten
  6. achten
o.v.t.
  1. achtte
  2. achtte
  3. achtte
  4. achtten
  5. achtten
  6. achtten
v.t.t.
  1. ben geacht
  2. bent geacht
  3. is geacht
  4. zijn geacht
  5. zijn geacht
  6. zijn geacht
v.v.t.
  1. was geacht
  2. was geacht
  3. was geacht
  4. waren geacht
  5. waren geacht
  6. waren geacht
o.t.t.t.
  1. zal achten
  2. zult achten
  3. zal achten
  4. zullen achten
  5. zullen achten
  6. zullen achten
o.v.t.t.
  1. zou achten
  2. zou achten
  3. zou achten
  4. zouden achten
  5. zouden achten
  6. zouden achten
diversen
  1. acht!
  2. acht!
  3. geacht
  4. achtende
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze

Vertaal Matrix voor achten:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
honneur achten; eren buiging; degelijkheid; deugdelijkheid; deugdzaamheid; eer; eerbaarheid; eerbetoon; eergevoel; ere; fatsoen; fatsoenlijkheid; fierheid; fonkelen; fonkeling; gepastheid; glitter; keurigheid; kiesheid; lintje; netheid; schittering; sprankelen; trots
WerkwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
considérer achten; eerbiedigen; hoogachten; hoogschatten; respecteren aankijken; afwegen; appreciëren; bedenken; bekijken; beraadslagen; beraden; beschouwen; bespiegelen; bezichtigen; consideren; considereren; doordenken; gadeslaan; iets overwegen; in overweging nemen; inleven; inspecteren; invoelen; meeleven; nadenken; op prijs stellen; overdenken; overleggen; overpeinzen; overwegen; peinzen; raad inwinnen; toeschouwen; voelen; waarderen; zich beraden
estimer achten; eerbiedigen; hoogachten; hoogschatten; respecteren aannemen; adviseren; afwegen; appreciëren; becijferen; begroten; bepalen; beraden; beramen; berekenen; calculeren; consideren; determineren; geloven; gissen; gissing maken; iets aanraden; iets overwegen; in acht nemen; ingeven; inschatten; ontzien; op prijs stellen; overdenken; overwegen; raden; ramen; schatten; sparen; suggereren; taxeren; uitrekenen; uitwerken; vaststellen; verschonen; waarderen
honorer achten; eerbiedigen; hoogachten; hoogschatten; respecteren appreciëren; buigen; de hemel in prijzen; eer aandoen; eer betuigen; eer bewijzen; eerbied bewijzen; eren; hemelhoog prijzen; hulde bewijzen; huldigen; in ere houden; lofprijzen; met een roze bril bezien; op prijs stellen; ophemelen; romantiseren; sieren; tot eer strekken; verheerlijken; waarderen
observer achten; eerbiedigen; hoogachten; hoogschatten; respecteren aankijken; aanschouwen; bekijken; bemerken; bespeuren; bewaken; bezichtigen; blikken; blikken werpen; gadeslaan; gewaarworden; horen; in de gaten houden; in het oog houden; inspecteren; kijken; merken; nakomen; observeren; onderscheiden; ontwaren; opletten; opmerken; patrouilleren; signaleren; staren; surveilleren; te zien krijgen; toekijken; toeschouwen; toezicht houden; toezien; turen; voelen; waarnemen; zien
respecter achten; eerbiedigen; hoogachten; hoogschatten; respecteren appreciëren; buigen; eerbied tonen; eerbiedigen; houden aan; in acht nemen; nakomen; ontzien; op prijs stellen; opkijken tegen; sparen; verschonen; waarderen
vénérer achten; eerbiedigen; hoogachten; hoogschatten; respecteren aanbidden; adoreren; appreciëren; bidden tot; de hemel in prijzen; eer aandoen; eer bewijzen; eerbied bewijzen; eren; hemelhoog prijzen; hulde bewijzen; huldigen; in ere houden; lofprijzen; met een roze bril bezien; op prijs stellen; ophemelen; romantiseren; verafgoden; verheerlijken; waarderen
être respectueux achten; eerbiedigen; hoogachten; hoogschatten; respecteren appreciëren; op prijs stellen; waarderen

Verwante woorden van "achten":


Synoniemen voor "achten":


Antoniemen van "achten":


Verwante definities voor "achten":

  1. iets vinden1
    • ik acht hem niet in staat iets slechts te doen1
  2. respect voor hem hebben1
    • ik acht deze rechter heel hoog1

Wiktionary: achten

achten
Cross Translation:
FromToVia
achten respecter esteem — to regard with respect
achten trouver; considérer; voir think — to conceive of something or someone