Overzicht
Nederlands naar Frans:   Meer gegevens...
  1. insinueren:
  2. Wiktionary:


Nederlands

Uitgebreide vertaling voor insinueren (Nederlands) in het Frans

insinueren:

insinueren werkwoord (insinueer, insinueert, insinueerde, insinueerden, geïnsinueerd)

  1. insinueren (aantijgen)
    imputer; insinuer; accuser; charger
    • imputer werkwoord (impute, imputes, imputons, imputez, )
    • insinuer werkwoord (insinue, insinues, insinuons, insinuez, )
    • accuser werkwoord (accuse, accuses, accusons, accusez, )
    • charger werkwoord (charge, charges, chargeons, chargez, )

Conjugations for insinueren:

o.t.t.
  1. insinueer
  2. insinueert
  3. insinueert
  4. insinueren
  5. insinueren
  6. insinueren
o.v.t.
  1. insinueerde
  2. insinueerde
  3. insinueerde
  4. insinueerden
  5. insinueerden
  6. insinueerden
v.t.t.
  1. heb geïnsinueerd
  2. hebt geïnsinueerd
  3. heeft geïnsinueerd
  4. hebben geïnsinueerd
  5. hebben geïnsinueerd
  6. hebben geïnsinueerd
v.v.t.
  1. had geïnsinueerd
  2. had geïnsinueerd
  3. had geïnsinueerd
  4. hadden geïnsinueerd
  5. hadden geïnsinueerd
  6. hadden geïnsinueerd
o.t.t.t.
  1. zal insinueren
  2. zult insinueren
  3. zal insinueren
  4. zullen insinueren
  5. zullen insinueren
  6. zullen insinueren
o.v.t.t.
  1. zou insinueren
  2. zou insinueren
  3. zou insinueren
  4. zouden insinueren
  5. zouden insinueren
  6. zouden insinueren
en verder
  1. is geïnsinueerd
diversen
  1. insinueer!
  2. insinueert!
  3. geïnsinueerd
  4. insinuerend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze

Vertaal Matrix voor insinueren:

WerkwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
accuser aantijgen; insinueren aanklagen; beschuldigen; betichten; chargeren; incrimineren; overdrijven; ten laste leggen; verdacht maken; verdachtmaken; verdenken
charger aantijgen; insinueren aandikken; aanklagen; beladen; belasten; beschuldigen; betichten; bevelen; bevrachten; bezwaren; commanderen; decreteren; farceren; gebieden; gelasten; geweer laden; gewicht toevoegen; incrimineren; inladen; laden; op iets laden; opblazen; opdragen; opkloppen; opladen; opladen elektriciteit; opnieuw laden; opschroeven; opvullen; overdreven voorstellen; overdrijven; ten laste leggen; verdacht maken; verdenken; verladen; verordenen; verzwaren; vullen; zwaarder maken
imputer aantijgen; insinueren aanklagen; beschuldigen; betichten; iets als lof zeggen; incrimineren; nageven; ten laste leggen; toeschrijven; verdacht maken; verdenken
insinuer aantijgen; insinueren adviseren; iets aanraden; ingeven; raden; suggereren; toespelen; zinspelen

Wiktionary: insinueren


Cross Translation:
FromToVia
insinueren insinuer insinuate — hint at (something)