Overzicht
Nederlands naar Frans:   Meer gegevens...
  1. mik:
  2. mikken:
  3. Wiktionary:


Nederlands

Uitgebreide vertaling voor mik (Nederlands) in het Frans

mik:

mik [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord

  1. de mik
    la miche
    • miche [la ~] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor mik:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
miche mik

Verwante woorden van "mik":


Wiktionary: mik

mik
noun
  1. Aliment

mikken:

mikken werkwoord (mik, mikt, mikte, mikten, gemikt)

  1. mikken (in een bep. richting plaatsen; richten)
    viser; viser à
    • viser werkwoord (vise, vises, visons, visez, )
    • viser à werkwoord
  2. mikken (gericht werpen)
    viser; ambitionner; aspirer à; viser à; s'efforcer
    • viser werkwoord (vise, vises, visons, visez, )
    • ambitionner werkwoord (ambitionne, ambitionnes, ambitionnons, ambitionnez, )
    • aspirer à werkwoord
    • viser à werkwoord
    • s'efforcer werkwoord

Conjugations for mikken:

o.t.t.
  1. mik
  2. mikt
  3. mikt
  4. mikken
  5. mikken
  6. mikken
o.v.t.
  1. mikte
  2. mikte
  3. mikte
  4. mikten
  5. mikten
  6. mikten
v.t.t.
  1. heb gemikt
  2. hebt gemikt
  3. heeft gemikt
  4. hebben gemikt
  5. hebben gemikt
  6. hebben gemikt
v.v.t.
  1. had gemikt
  2. had gemikt
  3. had gemikt
  4. hadden gemikt
  5. hadden gemikt
  6. hadden gemikt
o.t.t.t.
  1. zal mikken
  2. zult mikken
  3. zal mikken
  4. zullen mikken
  5. zullen mikken
  6. zullen mikken
o.v.t.t.
  1. zou mikken
  2. zou mikken
  3. zou mikken
  4. zouden mikken
  5. zouden mikken
  6. zouden mikken
diversen
  1. mik!
  2. mikt!
  3. gemikt
  4. mikkend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze

Vertaal Matrix voor mikken:

WerkwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
ambitionner gericht werpen; mikken ambiëren; bedoelen; beogen; ijveren; mikken op; streven; streven naar; ten doel hebben
aspirer à gericht werpen; mikken ambiëren; een sterke begeerte hebben naar; hongeren naar; hunkeren; ijveren; kwijnen; kwijnend verlangen; mikken op; smachten; snakken; sterk verlangen; streven; streven naar; uitkijken naar; zich verheugen op
s'efforcer gericht werpen; mikken ijveren; inspannen; moeite geven; pogen; proberen; streven; trachten
viser gericht werpen; in een bep. richting plaatsen; mikken; richten aansturen; aansturen op; bedoelen; beogen; diepte loden; doel beogen; doelen; ijveren; mikken op; streven; streven naar; ten doel hebben; viseren
viser à gericht werpen; in een bep. richting plaatsen; mikken; richten aansturen op; ambiëren; bedoelen; doel beogen; doelen; ergens iets mee willen zeggen; ijveren; mikken op; streven; streven naar; viseren

Verwante woorden van "mikken":


Wiktionary: mikken

mikken
verb
  1. Tourner de façon à placer dans une direction déterminée, pointer
  2. Traductions à trier suivant le sens