Nederlands

Uitgebreide vertaling voor minste (Nederlands) in het Frans

minste:

minste bijvoeglijk naamwoord

  1. minste (geringste; kleinste; allerminste)
    moins; moindre; le plus petit; le moins; minuscule

minste bijvoeglijk naamwoord

  1. minste (miniem; weinig; minimaal; gering; luttel)
    minimal; négligeable; minime; au minimum; quelques; insignifiant; futile; sans importance; peu important; banal; de peu d'importance

Vertaal Matrix voor minste:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
minuscule kleine letter; kleinschrift
moins minteken; minus
Bijvoeglijk NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
peu important gering; luttel; miniem; minimaal; minste; weinig cold; minuscuul; zeer klein
OverVerwante vertalingenAndere vertalingen
quelques sommige
BijwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
au minimum gering; luttel; miniem; minimaal; minste; weinig bondig; summier
banal gering; luttel; miniem; minimaal; minste; weinig alledaagse; banaal; courant; futiel; gangbaar; gebruikelijk; gewoon; grof; hol; inhoudsloos; laag-bij-de-grond; leeg; lomp; nietsbetekenend; nietszeggend; onbeduidend; onbelangrijk; onbenullig; onbetekenend; ordinair; plat; platvloers; schunnig; triviaal; vulgair; vunzig; weinigzeggend
de peu d'importance gering; luttel; miniem; minimaal; minste; weinig minuscuul; zeer klein
futile gering; luttel; miniem; minimaal; minste; weinig beuzelachtig; futiel; keutelachtig; miniem; minitueus; minuscuul; niet-essentieel; nietig; nietsbetekenend; nietszeggend; onbeduidend; onbelangrijk; onbenullig; onbetekenend; ongeldig; triviaal; weinigzeggend; zeer klein
insignifiant gering; luttel; miniem; minimaal; minste; weinig futiel; minuscuul; nietsbetekenend; nietszeggend; onbeduidend; onbelangrijk; onbenullig; onbetekenend; triviaal; verwaarloosbaar; weinigzeggend; zeer klein
le moins allerminste; geringste; kleinste; minste allerminst; geenszins; minst
le plus petit allerminste; geringste; kleinste; minste kleinst; kleinste; miniemste
minimal gering; luttel; miniem; minimaal; minste; weinig bondig; minimaal; summier
minime gering; luttel; miniem; minimaal; minste; weinig bondig; miniem; minitueus; summier
minuscule allerminste; geringste; kleinste; minste kleinst; petieterig
moindre allerminste; geringste; kleinste; minste kleinste; miniemste; minst
moins allerminste; geringste; kleinste; minste min; minder; minus
négligeable gering; luttel; miniem; minimaal; minste; weinig minuscuul; verwaarloosbaar; zeer klein
quelques gering; luttel; miniem; minimaal; minste; weinig een paar; enige; enkele; sommige; wat
sans importance gering; luttel; miniem; minimaal; minste; weinig beuzelachtig; minuscuul; zeer klein

Verwante woorden van "minste":


minste vorm van min:

min [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord

  1. de min (zoogmoeder)
    la nourrice

min bijvoeglijk naamwoord

  1. min (niet al te best; matig; zwak; )
    médiocre
  2. min (slecht; gemeen; vals)
    mauvais; mal; méchant; malfaisant; ignoble; vil; perfide
  3. min (minus)
    moins; décompté de

Vertaal Matrix voor min:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
mal bezwaar; chagrijn; ergernis; grief; het klagen; inspanning; klacht; last; leed; moeite; ongemak; ongerief; pijn; pijn doen; soesa; zeer; zeer doen; ziekte
moins minteken; minus
méchant eikel; hond; klootzak; lul; schobbejak; schoelje; schoft; smeerlap; stouterd
nourrice min; zoogmoeder
BijwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
décompté de min; minus
ignoble gemeen; min; slecht; vals banaal; bedriegelijk; boefachtig; boosaardig; donker; dubieus; duister; eerloos; gefingeerd; gemeen; glibberig; gluiperig; grof; infaam; laag; laag-bij-de-grond; laaghartig; lomp; nagemaakt; obscuur; onecht; onedel; onguur; onwaar; plat; platvloers; ploertig; schunnig; schurkachtig; triviaal; vals; verdacht; vuig; vunzig
mal gemeen; min; slecht; vals bedorven; erg; ernstig; gemeen; kwaadwillig; kwalijk; leed aandoend; menstruerend; met slechte intentie; onaanvaardbaar; onacceptabel; ongepast; ongesteld; onkies; onvertogen; rot; rottig; slecht; snood; vals; van bedenkelijke aard; vergaan; verkeerd; verrot
malfaisant gemeen; min; slecht; vals
mauvais gemeen; min; slecht; vals arm; donker; dubieus; duister; erg; ernstig; gemeen; giftig; glibberig; inferieur; kwaadaardig; kwaadwillig; kwalijk; laag; laag-bij-de-grond; laaghartig; met slechte intentie; minderwaardig; niet lekker; niet smakelijk; obscuur; ondermaats; ondeugdelijk; onedel; ongepast; onguur; onkies; onvertogen; slecht; snood; tweederangs; vals; van bedenkelijke aard; venijnig; verdacht; verkeerd; zwak
moins min; minus allerminste; geringste; kleinste; minder; minste
méchant gemeen; min; slecht; vals achterbaks; banaal; bar slecht; bedriegelijk; donker; doortrapt; dubieus; duister; duivelachtig; duivels; erg boosaardig; gefingeerd; gehaaid; gemeen; geniepig; geraffineerd; geslepen; gewiekst; giftig; glibberig; gluiperig; grof; honds; kwaadaardig; kwaadwillig; laag; laag-bij-de-grond; laaghartig; leep; listig; lomp; met slechte intentie; nagemaakt; obscuur; onecht; onedel; onguur; onwaar; pesterig; plat; platvloers; schunnig; serpentachtig; slecht; slinks; sluw; snood; stiekem; triviaal; uitgekookt; vals; venijnig; verdacht; vunzig
médiocre matig; middelmatig; min; niet al te best; onbeduidend; zwak; zwakjes arm; doorsnee; gemiddeld; inferieur; matig; medium; middelmatig; middelmatige; minderwaardig; modaal; ondermaats; ondeugdelijk; slecht; tweederangs; zwak
perfide gemeen; min; slecht; vals achterbaks; arglistig; bedriegelijk; doortrapt; duivelachtig; duivels; gefingeerd; gehaaid; gemeen; geniepig; geraffineerd; geslepen; gewiekst; giftig; gluiperig; heimelijk; in het geheim; in het geniep; kwaadaardig; kwaadwillig; leep; link; listig; met slechte intentie; nagemaakt; onecht; ontrouw; onwaar; op steelse wijze; overspelig; perfide; slecht; slinks; sluw; snood; steels; steelsgewijze; stiekem; tersluiks; uitgekookt; vals; venijnig
vil gemeen; min; slecht; vals achterbaks; banaal; bedriegelijk; donker; doortrapt; dubieus; duister; gefingeerd; gehaaid; gemeen; geniepig; geraffineerd; geslepen; gewiekst; glibberig; gluiperig; grof; kwalijk; laag; laag-bij-de-grond; laaghartig; leep; listig; lomp; nagemaakt; obscuur; onecht; onedel; onguur; onwaar; plat; platvloers; schunnig; slinks; sluw; snood; stiekem; triviaal; uitgekookt; vals; verdacht; vuig; vunzig

Verwante woorden van "min":


Antoniemen van "min":


Verwante definities voor "min":

  1. dat je het tweede getal af moet trekken van het eerste1
    • zeven min drie is vier1
  2. slecht of gemeen1
    • dat is een minne streek1
  3. wat negatief is, minder dan nul1
    • het was min tien graden buiten1
  4. weinig1
    • hij wilde zo min mogelijk huilen1
  5. weinig betekenend1
    • ben ik soms te min voor jou?1

Wiktionary: min

min
adverb
  1. minus, verminderd met (-)
min
Cross Translation:
FromToVia
min moins minus — mathematics: less
min négative; négatif minus — negative
min moins minus — on the negative part of a scale
min strictement négatif negative — mathematics: less than zero
min nourrice nurse — person who takes care of other people's young
min nourrice wet nurse — woman hired to suckle another woman's child

Verwante vertalingen van minste