Overzicht
Nederlands naar Frans:   Meer gegevens...
  1. overgang:
  2. Wiktionary:


Nederlands

Uitgebreide vertaling voor overgang (Nederlands) in het Frans

overgang:

overgang [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord

  1. de overgang
    la transition; la mutation; le changement; le passage
  2. de overgang
    la transition
  3. de overgang (menopauze)
    la ménopause
  4. de overgang (overgangseffect)
    la transition; effet de transition

Vertaal Matrix voor overgang:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
changement overgang afwisseling; amendement; amendering; conversie; gedaanteverandering; gedaanteverwisseling; herstelling; hervorming; herziening; het verschonen; keer; kentering; keuze; metamorfose; modificatie; mutatie; muteren; ombuiging; omkeer; ommekeer; ommezwaai; omruil; omruiling; omschakeling; omslag; omwisselen; omwisseling; omzetting; overplaatsing; overstappen; ruil; ruiling; ruiltransactie; substitutie; surrogaat; transformatie; uitwisseling; variatie; variëteit; veranderen; verandering; verlegging; verruiling; verschoning; vervanging; verwisseling; vormverandering; wending; wijzigen; wijziging; wisseling
mutation overgang keer; mutatie; muteren; ombuiging; overboeking; overmaking; overplaatsing; overschrijving; veranderen; verandering; wijziging
ménopause menopauze; overgang overgangsjaren
passage overgang doorlaat; doorreis; doorrit; doortocht; doorvaart; hal; overloop; overtocht; overvaart; passus; portaal; veergeld; verbindingsgang; winkelgalerij
transition overgang; overgangseffect
Not SpecifiedVerwante vertalingenAndere vertalingen
effet de transition overgang; overgangseffect

Verwante woorden van "overgang":


Wiktionary: overgang

overgang
noun
  1. astronomie|nocat=1

Cross Translation:
FromToVia
overgang transition segue — an instance of segueing, a transition
overgang passage Übergang — der Vorgang des Überschreitens oder Überquerens eines Hindernisses
overgang passage Übergang — eine Vorrichtung (Brücke etc.) zum Überschreiten eines Hindernisses
overgang passage Übergang — der Wechsel einer Person oder eines Systems in einen neuen Zustand