Nederlands

Uitgebreide vertaling voor piekeren (Nederlands) in het Frans

piekeren:

piekeren werkwoord (pieker, piekert, piekerde, piekerden, gepiekerd)

  1. piekeren (nadenken; prakkiseren; peinzen)
    penser; réfléchir; se fatiguer les méninges; se tracasser; ruminer; se creuser la cervelle; réfléchir profondément; cogiter; méditer; remâcher; se biler; se presser le citron; carburer; se torturer l'esprit
    • penser werkwoord (pense, penses, pensons, pensez, )
    • réfléchir werkwoord (réfléchis, réfléchit, réfléchissons, réfléchissez, )
    • se tracasser werkwoord
    • ruminer werkwoord (rumine, rumines, ruminons, ruminez, )
    • cogiter werkwoord (cogite, cogites, cogitons, cogitez, )
    • méditer werkwoord (médite, médites, méditons, méditez, )
    • remâcher werkwoord (remâche, remâches, remâchons, remâchez, )
    • se biler werkwoord
    • carburer werkwoord (carbure, carbures, carburons, carburez, )

Conjugations for piekeren:

o.t.t.
  1. pieker
  2. piekert
  3. piekert
  4. piekeren
  5. piekeren
  6. piekeren
o.v.t.
  1. piekerde
  2. piekerde
  3. piekerde
  4. piekerden
  5. piekerden
  6. piekerden
v.t.t.
  1. heb gepiekerd
  2. hebt gepiekerd
  3. heeft gepiekerd
  4. hebben gepiekerd
  5. hebben gepiekerd
  6. hebben gepiekerd
v.v.t.
  1. had gepiekerd
  2. had gepiekerd
  3. had gepiekerd
  4. hadden gepiekerd
  5. hadden gepiekerd
  6. hadden gepiekerd
o.t.t.t.
  1. zal piekeren
  2. zult piekeren
  3. zal piekeren
  4. zullen piekeren
  5. zullen piekeren
  6. zullen piekeren
o.v.t.t.
  1. zou piekeren
  2. zou piekeren
  3. zou piekeren
  4. zouden piekeren
  5. zouden piekeren
  6. zouden piekeren
diversen
  1. pieker!
  2. piekert!
  3. gepiekerd
  4. piekerend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze

Vertaal Matrix voor piekeren:

WerkwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
carburer nadenken; peinzen; piekeren; prakkiseren vergassen
cogiter nadenken; peinzen; piekeren; prakkiseren
méditer nadenken; peinzen; piekeren; prakkiseren afwegen; bedenken; beschouwen; bespiegelen; doordenken; nadenken; overdenken; overpeinzen; overwegen; peinzen
penser nadenken; peinzen; piekeren; prakkiseren aannemen; denken; dunken; geloven
remâcher nadenken; peinzen; piekeren; prakkiseren
ruminer nadenken; peinzen; piekeren; prakkiseren herkauwen; tobben
réfléchir nadenken; peinzen; piekeren; prakkiseren bedenken; beraadslagen; beschouwen; bespiegelen; bezinnen; considereren; denken; in overweging nemen; nadenken; overdenken; overleggen; overpeinzen; overwegen; peinzen; reflecteren; terugkaatsen; weerspiegelen
réfléchir profondément nadenken; peinzen; piekeren; prakkiseren diep nadenken
se biler nadenken; peinzen; piekeren; prakkiseren
se creuser la cervelle nadenken; peinzen; piekeren; prakkiseren
se fatiguer les méninges nadenken; peinzen; piekeren; prakkiseren
se presser le citron nadenken; peinzen; piekeren; prakkiseren
se torturer l'esprit nadenken; peinzen; piekeren; prakkiseren aftobben; plussen
se tracasser nadenken; peinzen; piekeren; prakkiseren

Verwante definities voor "piekeren":

  1. er zorgelijk en ingespannen over denken1
    • hij piekerde over de oplossing van het probleem1

Wiktionary: piekeren


Cross Translation:
FromToVia
piekeren se morfondre; broyer du noir brood — to dwell upon moodily and at length
piekeren inquiéter; tracasser fret — to chafe or irritate; to worry