Home ->Woordenboeken ->Nederlands/Frans ->Vertaal schepen

Vertaal schepen van Nederlands naar Frans

Overzicht

Nederlands naar Frans: Meer gegevens...

schepen:
- bateaux; navires; barques; embarcations; juge laïc
schep:
- pelle
Wiktionary:
- schepen → échevin
- schepen → échevin, juré
- schep → pelle
- schep → pelle, bêche

Nederlands

Uitgebreide vertaling voor schepen (Nederlands) in het Frans

schepen:

schepen [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord, mv.

de schepen (vaartuigen; boten; schuiten; schuitjes)
le bateaux; le navires; la barques; l'embarcations
- bateaux [le ~] zelfstandig naamwoord
- navires [le ~] zelfstandig naamwoord
- barques [la ~] zelfstandig naamwoord
- embarcations [la ~] zelfstandig naamwoord
de schepen (lekenrechter)
le juge laïc
- juge laïc [le ~] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor schepen:

Zelfstandig Naamwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
barques	boten; schepen; schuiten; schuitjes; vaartuigen
bateaux	boten; schepen; schuiten; schuitjes; vaartuigen
embarcations	boten; schepen; schuiten; schuitjes; vaartuigen
juge laïc	lekenrechter; schepen	lekenrechter; lekerechter
navires	boten; schepen; schuiten; schuitjes; vaartuigen

Verwante woorden van "schepen":

schepenen, schep

Wiktionary: schepen

schepen

noun

ambt
- schepen → échevin

schepen

noun

(histoire) Dans l’empire carolingien (à partir du siècle2|IX siècle), juge adjoint du tribunal comtal.
- échevin → schepen; vroedheer

Cross Translation:

From	To	Via
• schepen	→ échevin	↔ alderman — member of a municipal legislative body in a city or town
• schepen	→ juré	↔ Schöffe — in Deutschland: juristischer Laie, der ehrenamtlich an der Urteilsfindung im Rahmen von Strafverfahren beteiligt ist

schepen vorm van schep:

schep [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord

de schep (spade; schop)
la pelle
- pelle [la ~] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor schep:

Zelfstandig Naamwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
pelle	schep; schop; spade	aker; schepemmer; schepper; tongkus; tongzoen

Verwante woorden van "schep":

scheppen, schepen, schepje, schepjes

Verwante definities voor "schep":

hoeveelheid die je met een schep kunt scheppen¹
- mag ik twee schepjes suiker?¹
voorwerp dat bestaat uit een steel met een blad¹
- ik gebruikte een schep om het zand weg te halen¹

Wiktionary: schep

schep

noun

outil constituer d’une plaque mince, généralement en métal, avec ou sans rebords et souvent courbe et dont l’extrémité peut être plus ou moins arrondie, muni d’un manche en bois plus ou moins long. Cet outil est utiliser pour [[déplace
- pelle → blik; schep

Cross Translation:

From	To	Via
• schep	→ pelle; bêche	↔ shovel — tool for moving portions of material
• schep	→ bêche; pelle	↔ spade — a garden tool with a handle and a flat blade for digging

¹Muiswerk Woordenboek