Overzicht
Nederlands naar Frans:   Meer gegevens...
  1. schreden:
  2. schrede:
  3. schrijden:
  4. Wiktionary:
    • schrede → pas


Nederlands

Uitgebreide vertaling voor schreden (Nederlands) in het Frans

schreden:

schreden [de ~] zelfstandig naamwoord, mv.

  1. de schreden (voetstappen; stappen; treden; passen)
    la marches; le pas; la démarches
    • marches [la ~] zelfstandig naamwoord
    • pas [le ~] zelfstandig naamwoord
    • démarches [la ~] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor schreden:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
démarches passen; schreden; stappen; treden; voetstappen
marches passen; schreden; stappen; treden; voetstappen
pas passen; schreden; stappen; treden; voetstappen hoefgetrappel; hoefslag; pas; schrede; stap; tekenbreedte; tred; voetstap
BijwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
pas niet

Verwante woorden van "schreden":


schreden vorm van schrede:

schrede [de ~] zelfstandig naamwoord

  1. de schrede (stap; pas)
    le pas; l'enjambée
    • pas [le ~] zelfstandig naamwoord
    • enjambée [la ~] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor schrede:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
enjambée pas; schrede; stap
pas pas; schrede; stap hoefgetrappel; hoefslag; passen; schreden; stappen; tekenbreedte; tred; treden; voetstap; voetstappen
BijwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
pas niet

Verwante woorden van "schrede":


Wiktionary: schrede

schrede
noun
  1. Le mouvement que fait une personne ou un animal mettre un pied devant l’autre pour marcher.

schreden vorm van schrijden:

schrijden werkwoord (schrijd, schrijdt, schreed, schreden, geschreden)

  1. schrijden (waardig lopen)

Conjugations for schrijden:

o.t.t.
  1. schrijd
  2. schrijdt
  3. schrijdt
  4. schrijden
  5. schrijden
  6. schrijden
o.v.t.
  1. schreed
  2. schreed
  3. schreed
  4. schreden
  5. schreden
  6. schreden
v.t.t.
  1. ben geschreden
  2. bent geschreden
  3. is geschreden
  4. zijn geschreden
  5. zijn geschreden
  6. zijn geschreden
v.v.t.
  1. was geschreden
  2. was geschreden
  3. was geschreden
  4. waren geschreden
  5. waren geschreden
  6. waren geschreden
o.t.t.t.
  1. zal schrijden
  2. zult schrijden
  3. zal schrijden
  4. zullen schrijden
  5. zullen schrijden
  6. zullen schrijden
o.v.t.t.
  1. zou schrijden
  2. zou schrijden
  3. zou schrijden
  4. zouden schrijden
  5. zouden schrijden
  6. zouden schrijden
diversen
  1. schrijd!
  2. schrijdt!
  3. geschreden
  4. schrijdend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze

Vertaal Matrix voor schrijden:

WerkwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
marcher fièrement schrijden; waardig lopen