Overzicht


Nederlands

Uitgebreide vertaling voor spreken over (Nederlands) in het Frans

spreken over:

spreken over werkwoord (spreek over, spreekt over, sprak over, spraken over, gesproken over)

  1. spreken over (onderwerp behandelen)
    parler de; discuter de; traiter; causer de
    • parler de werkwoord
    • discuter de werkwoord
    • traiter werkwoord (traite, traites, traitons, traitez, )
    • causer de werkwoord

Conjugations for spreken over:

o.t.t.
  1. spreek over
  2. spreekt over
  3. spreekt over
  4. spreken over
  5. spreken over
  6. spreken over
o.v.t.
  1. sprak over
  2. sprak over
  3. sprak over
  4. spraken over
  5. spraken over
  6. spraken over
v.t.t.
  1. heb gesproken over
  2. hebt gesproken over
  3. heeft gesproken over
  4. hebben gesproken over
  5. hebben gesproken over
  6. hebben gesproken over
v.v.t.
  1. had gesproken over
  2. had gesproken over
  3. had gesproken over
  4. hadden gesproken over
  5. hadden gesproken over
  6. hadden gesproken over
o.t.t.t.
  1. zal spreken over
  2. zult spreken over
  3. zal spreken over
  4. zullen spreken over
  5. zullen spreken over
  6. zullen spreken over
o.v.t.t.
  1. zou spreken over
  2. zou spreken over
  3. zou spreken over
  4. zouden spreken over
  5. zouden spreken over
  6. zouden spreken over
en verder
  1. ben gesproken over
  2. bent gesproken over
  3. is gesproken over
  4. zijn gesproken over
  5. zijn gesproken over
  6. zijn gesproken over
diversen
  1. spreek over!
  2. spreekt over!
  3. gesproken over
  4. sprekend over
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze

spreken over [znw.] zelfstandig naamwoord

  1. spreken over (bespreken)
    le fait de parler de; la discussion

Vertaal Matrix voor spreken over:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
discussion bespreken; spreken over besprekingen; conversatie; debat; dialoog; discussie; dispuut; gedachtenverandering; gedachtewisseling; geschil; gesprek; meningsverschil; onenigheid; redestrijd; redetwist; ruzie; samenspraak; tweegesprek; tweespraak; twist; twistgesprek; vergaderingen; woordenstrijd; woordenwisseling
fait de parler de bespreken; spreken over
WerkwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
causer de onderwerp behandelen; spreken over bediscussiëren; bepraten; bespreken; doorpraten; doorspreken; praten over
discuter de onderwerp behandelen; spreken over
parler de onderwerp behandelen; spreken over bediscussiëren; bepraten; bespreken; doornemen; doorpraten; doorspreken; praten over
traiter onderwerp behandelen; spreken over behandelen; bejegenen; doornemen; onder behandeling nemen; verhandelen; verkopen; verzorgen

Verwante vertalingen van spreken over