Overzicht
Nederlands naar Frans:   Meer gegevens...
  1. vaccin:
  2. Wiktionary:


Nederlands

Uitgebreide vertaling voor vaccin (Nederlands) in het Frans

vaccin:

vaccin [het ~] zelfstandig naamwoord

  1. het vaccin (vaccine; entstof)
    le vaccin
    • vaccin [le ~] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor vaccin:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
vaccin entstof; vaccin; vaccine

Verwante woorden van "vaccin":

  • vaccins

Wiktionary: vaccin

vaccin
noun
  1. een entstof om afweer op te bouwen

Cross Translation:
FromToVia
vaccin vaccin ImpfstoffMedizin: Stoff, der dem Körper gegeben wird, um die Produktion von Antikörpern anzuregen und so eine Immunität gegen eine Krankheit zu erreichen
vaccin vaccin vaccine — substance that stimulates production of antibodies