Overzicht


Nederlands

Uitgebreide vertaling voor verlinken (Nederlands) in het Frans

verlinken:

verlinken werkwoord (verlink, verlinkt, verlinkte, verlinkten, verlinkt)

  1. verlinken (verraden; uitbrengen; verklikken; )
    dénoncer; trahir; dénoncer quelqu'un
    • dénoncer werkwoord (dénonce, dénonces, dénonçons, dénoncez, )
    • trahir werkwoord (trahis, trahit, trahissons, trahissez, )
  2. verlinken (verklikken; verraden; verklappen; klikken)
    trahir; déceler; dénoncer; rapporter; divulguer; moucharder; colporter
    • trahir werkwoord (trahis, trahit, trahissons, trahissez, )
    • déceler werkwoord (décèle, décèles, décelons, décelez, )
    • dénoncer werkwoord (dénonce, dénonces, dénonçons, dénoncez, )
    • rapporter werkwoord (rapporte, rapportes, rapportons, rapportez, )
    • divulguer werkwoord (divulgue, divulgues, divulguons, divulguez, )
    • moucharder werkwoord (moucharde, mouchardes, mouchardons, mouchardez, )
    • colporter werkwoord (colporte, colportes, colportons, colportez, )

Conjugations for verlinken:

o.t.t.
  1. verlink
  2. verlinkt
  3. verlinkt
  4. verlinken
  5. verlinken
  6. verlinken
o.v.t.
  1. verlinkte
  2. verlinkte
  3. verlinkte
  4. verlinkten
  5. verlinkten
  6. verlinkten
v.t.t.
  1. heb verlinkt
  2. hebt verlinkt
  3. heeft verlinkt
  4. hebben verlinkt
  5. hebben verlinkt
  6. hebben verlinkt
v.v.t.
  1. had verlinkt
  2. had verlinkt
  3. had verlinkt
  4. hadden verlinkt
  5. hadden verlinkt
  6. hadden verlinkt
o.t.t.t.
  1. zal verlinken
  2. zult verlinken
  3. zal verlinken
  4. zullen verlinken
  5. zullen verlinken
  6. zullen verlinken
o.v.t.t.
  1. zou verlinken
  2. zou verlinken
  3. zou verlinken
  4. zouden verlinken
  5. zouden verlinken
  6. zouden verlinken
diversen
  1. verlink!
  2. verlinkt!
  3. verlinkt
  4. verlinkend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze

Vertaal Matrix voor verlinken:

WerkwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
colporter klikken; verklappen; verklikken; verlinken; verraden colporteren; doorgeven; doorspelen; doorvertellen; huis-aan-huis-verkopen; leuren; rondbrieven; rondvertellen; uitventen; venten
divulguer klikken; verklappen; verklikken; verlinken; verraden alom bekend maken; openbaren; publiceren; uitbrengen; verbreiden; verspreiden
déceler klikken; verklappen; verklikken; verlinken; verraden blootleggen; klikken; verklappen
dénoncer aanbrengen; aangeven; klikken; uitbrengen; verklappen; verklikken; verlinken; verraden aanklagen; beschuldigen; betichten; klikken; overbrieven; ten laste leggen; uit de school klappen; verklappen; verklikken
dénoncer quelqu'un aanbrengen; aangeven; uitbrengen; verklappen; verklikken; verlinken; verraden doorslaan; klikken; verklappen; verraden
moucharder klikken; verklappen; verklikken; verlinken; verraden klikken; overbrieven; uit de school klappen; verklappen; verklikken
rapporter klikken; verklappen; verklikken; verlinken; verraden berichten; doorgeven; doorslaan; doorspelen; doorvertellen; iets melden; informeren; klikken; meedelen; melden; opbrengen; opleveren; overbrieven; rapporteren; rondbrieven; rondvertellen; terecht brengen; terugbezorgen; uit de school klappen; verklappen; verklikken; verraden; verslag uitbrengen
trahir aanbrengen; aangeven; klikken; uitbrengen; verklappen; verklikken; verlinken; verraden klikken; logenstraffen; loochenen; verklappen; verloochenen; verzaken