Overzicht
Nederlands naar Frans:   Meer gegevens...
  1. vooropzetten:


Nederlands

Uitgebreide vertaling voor vooropzetten (Nederlands) in het Frans

vooropzetten:

vooropzetten werkwoord (zet voorop, zette voorop, zetten voorop, vooropgezet)

  1. vooropzetten (beginnen met; vooropstellen; vooruitzetten)
    présupposer; postuler; poser comme principe
    • présupposer werkwoord (présuppose, présupposes, présupposons, présupposez, )
    • postuler werkwoord (postule, postules, postulons, postulez, )

Conjugations for vooropzetten:

o.t.t.
  1. zet voorop
  2. zet voorop
  3. zet voorop
  4. zetten voorop
  5. zetten voorop
  6. zetten voorop
o.v.t.
  1. zette voorop
  2. zette voorop
  3. zette voorop
  4. zetten voorop
  5. zetten voorop
  6. zetten voorop
v.t.t.
  1. heb vooropgezet
  2. hebt vooropgezet
  3. heeft vooropgezet
  4. hebben vooropgezet
  5. hebben vooropgezet
  6. hebben vooropgezet
v.v.t.
  1. had vooropgezet
  2. had vooropgezet
  3. had vooropgezet
  4. hadden vooropgezet
  5. hadden vooropgezet
  6. hadden vooropgezet
o.t.t.t.
  1. zal vooropzetten
  2. zult vooropzetten
  3. zal vooropzetten
  4. zullen vooropzetten
  5. zullen vooropzetten
  6. zullen vooropzetten
o.v.t.t.
  1. zou vooropzetten
  2. zou vooropzetten
  3. zou vooropzetten
  4. zouden vooropzetten
  5. zouden vooropzetten
  6. zouden vooropzetten
diversen
  1. zet voorop!
  2. zet voorop!
  3. vooropgezet
  4. vooropzettend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze

Vertaal Matrix voor vooropzetten:

WerkwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
poser comme principe beginnen met; vooropstellen; vooropzetten; vooruitzetten
postuler beginnen met; vooropstellen; vooropzetten; vooruitzetten flonkeren; naar voren brengen; opperen; poneren; postuleren; stellen; vooronderstellen
présupposer beginnen met; vooropstellen; vooropzetten; vooruitzetten gissen; gissing maken; naar voren brengen; opperen; poneren; postuleren; raden; stellen; vooronderstellen