Nederlands

Uitgebreide synoniemen voor broeder in het Nederlands

broeder:

broeder [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord

  1. de broeder
    de broeder; de broer
    • broeder [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
    • broer [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
  2. de broeder
    de monnik; de frater; de broeder; de kloosterling
    • monnik [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
    • frater [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
    • broeder [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
    • kloosterling [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
  3. de broeder
    de lekenbroeder; de broeder
  4. de broeder
    de verpleger; de hulp; ziekenoppasser; de diaken; de ziekenbroeder; de broeder
  5. de broeder
    de geestelijke; bedienaar van de godsdienst; de broeder

Verwante woorden van "broeder":

  • broederen, broeders, broedertje, broedertjes

Verwante synoniemen voor broeder