Overzicht


Nederlands

Uitgebreide synoniemen voor aaneenschakeling in het Nederlands

aaneenschakeling:

aaneenschakeling [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord

  1. de aaneenschakeling
    de aaneenschakeling; de keten; de reeks; de serie; de rij
    • aaneenschakeling [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord
    • keten [de ~] zelfstandig naamwoord, mv.
    • reeks [de ~] zelfstandig naamwoord
    • serie [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord
    • rij [de ~] zelfstandig naamwoord
  2. de aaneenschakeling
    de reeks; de aaneenschakeling; de serie
  3. de aaneenschakeling
    de keten; de ketting; de aaneenschakeling; het snoer
  4. de aaneenschakeling
    de opeenvolging; de aaneenschakeling
  5. de aaneenschakeling
    de samenvoeging; de samentrekking; de aaneenschakeling

Verwante woorden van "aaneenschakeling":