Nederlands

Uitgebreide synoniemen voor affaires in het Nederlands

affaires:

affaires [de ~] zelfstandig naamwoord, mv.

  1. de affaires
    de zaken; de aangelegenheden; de affaires

Verwante woorden van "affaires":


affaire:

affaire [de ~] zelfstandig naamwoord

  1. de affaire
    het geval; de kwestie; de zaak; de aangelegenheid; de affaire
    • geval [het ~] zelfstandig naamwoord
    • kwestie [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord
    • zaak [de ~] zelfstandig naamwoord
    • aangelegenheid [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord
    • affaire [de ~] zelfstandig naamwoord
  2. de affaire
    de liaison; de verhouding; de relatie; het slippertje; het avontuurtje; de affaire
  3. de affaire
    de liefdesrelatie; de verhouding; de liaison; de relatie; de affaire
  4. de affaire
    – iets vervelends dat gebeurd is 1
    de affaire
    – iets vervelends dat gebeurd is 1
    • affaire [de ~] zelfstandig naamwoord
      • de affaire van het verdwenen geld is nog niet opgelost1

Verwante woorden van "affaire":


Verwante definities voor "affaire":

  1. iets vervelends dat gebeurd is1
    • de affaire van het verdwenen geld is nog niet opgelost1