Overzicht
Nederlands Synoniemen:   Meer gegevens...
  1. bekende:
  2. bekennen:


Nederlands

Uitgebreide synoniemen voor bekende in het Nederlands

bekende:

bekende [de ~] zelfstandig naamwoord

  1. de bekende
    de kennis; de bekende
    • kennis [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord
    • bekende [de ~] zelfstandig naamwoord

bekende vorm van bekennen:

bekennen werkwoord (beken, bekent, bekende, bekenden, bekend)

  1. bekennen
    bekennen
    • bekennen werkwoord (beken, bekent, bekende, bekenden, bekend)
  2. bekennen
    – zeggen dat je iets slechts gedaan hebt 1
    bekennen
    – zeggen dat je iets slechts gedaan hebt 1
    • bekennen werkwoord (beken, bekent, bekende, bekenden, bekend)
      • hij bekende de inbraak bij de politie1

Conjugations for bekennen:

o.t.t.
  1. beken
  2. bekent
  3. bekent
  4. bekennen
  5. bekennen
  6. bekennen
o.v.t.
  1. bekende
  2. bekende
  3. bekende
  4. bekenden
  5. bekenden
  6. bekenden
v.t.t.
  1. heb bekend
  2. hebt bekend
  3. heeft bekend
  4. hebben bekend
  5. hebben bekend
  6. hebben bekend
v.v.t.
  1. had bekend
  2. had bekend
  3. had bekend
  4. hadden bekend
  5. hadden bekend
  6. hadden bekend
o.t.t.t.
  1. zal bekennen
  2. zult bekennen
  3. zal bekennen
  4. zullen bekennen
  5. zullen bekennen
  6. zullen bekennen
o.v.t.t.
  1. zou bekennen
  2. zou bekennen
  3. zou bekennen
  4. zouden bekennen
  5. zouden bekennen
  6. zouden bekennen
diversen
  1. beken!
  2. bekent!
  3. bekend
  4. bekennend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze

bekennen [znw.] zelfstandig naamwoord

  1. bekennen
    de confessie; bekennen

Verwante definities voor "bekennen":

  1. zeggen dat je iets slechts gedaan hebt1
    • hij bekende de inbraak bij de politie1

Verwante synoniemen voor bekende