Overzicht
Nederlands Synoniemen:   Meer gegevens...
  1. denken:


Nederlands

Uitgebreide synoniemen voor denken in het Nederlands

denken:

denken [znw.] zelfstandig naamwoord

  1. denken
    denken
    • denken [znw.] zelfstandig naamwoord

denken werkwoord (denk, denkt, dacht, dachten, gedacht)

  1. denken
    – het niet vergeten 1
    denken
    – het niet vergeten 1
    • denken werkwoord (denk, denkt, dacht, dachten, gedacht)
      • denk om het afstapje1
  2. denken
    – het van plan zijn 1
    denken
    – het van plan zijn 1
    • denken werkwoord (denk, denkt, dacht, dachten, gedacht)
      • ik denk erover om een weekje weg te gaan1
  3. denken
    – het in je gedachten hebben 1
    denken; menen
    – het in je gedachten hebben 1
    • denken werkwoord (denk, denkt, dacht, dachten, gedacht)
      • ik denk dat hij wel veertig is1
    • menen werkwoord (meen, meent, meende, meenden, gemeend)
      • ik meen dat hij drie kinderen heeft1
  4. denken
    – je hersens laten werken 1
    denken; nadenken; peinzen
    – je hersens laten werken 1
    • denken werkwoord (denk, denkt, dacht, dachten, gedacht)
      • ik heb zo'n hoofdpijn, ik kan niet denken1
    • nadenken werkwoord (denk na, denkt na, dacht na, dachten na, nagedacht)
      • zonder erbij na te denken gaf hij antwoord1
    • peinzen werkwoord (peins, peinst, peinsde, peinsden, gepeinsd)
      • ik peinsde me suf, maar ik wist zijn naam niet meer1
  5. denken
    – een mening hebben 1
    vinden; denken
    – een mening hebben 1
    • vinden werkwoord (vind, vindt, vond, vonden, gevonden)
      • ik vind dat een goed plan1
    • denken werkwoord (denk, denkt, dacht, dachten, gedacht)
      • ik denk dat je ontslag moet nemen1

Conjugations for denken:

o.t.t.
  1. denk
  2. denkt
  3. denkt
  4. denken
  5. denken
  6. denken
o.v.t.
  1. dacht
  2. dacht
  3. dacht
  4. dachten
  5. dachten
  6. dachten
v.t.t.
  1. heb gedacht
  2. hebt gedacht
  3. heeft gedacht
  4. hebben gedacht
  5. hebben gedacht
  6. hebben gedacht
v.v.t.
  1. had gedacht
  2. had gedacht
  3. had gedacht
  4. hadden gedacht
  5. hadden gedacht
  6. hadden gedacht
o.t.t.t.
  1. zal denken
  2. zult denken
  3. zal denken
  4. zullen denken
  5. zullen denken
  6. zullen denken
o.v.t.t.
  1. zou denken
  2. zou denken
  3. zou denken
  4. zouden denken
  5. zouden denken
  6. zouden denken
diversen
  1. denk!
  2. denkt!
  3. gedacht
  4. denkend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze

Alternatieve synoniemen voor "denken":


Antoniemen van "denken":


Verwante definities voor "denken":

  1. het niet vergeten1
    • denk om het afstapje1
  2. het van plan zijn1
    • ik denk erover om een weekje weg te gaan1
  3. het in je gedachten hebben1
    • ik denk dat hij wel veertig is1
  4. je hersens laten werken1
    • ik heb zo'n hoofdpijn, ik kan niet denken1
  5. een mening hebben1
    • ik denk dat je ontslag moet nemen1

Verwante synoniemen voor denken