Overzicht
Nederlands Synoniemen:   Meer gegevens...
  1. directeurs:
  2. directeur:


Nederlands

Uitgebreide synoniemen voor directeurs in het Nederlands

directeurs:

directeurs [de ~] zelfstandig naamwoord, mv.

  1. de directeurs
    de directeuren; de directeurs

Verwante woorden van "directeurs":


directeur:

directeur [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord

  1. de directeur
    de directeur
  2. de directeur
    – wie aan het hoofd staat van een bedrijf of een school 1
    de directeur
    – wie aan het hoofd staat van een bedrijf of een school 1
    • directeur [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
      • de directeur heeft hier de leiding1

Verwante woorden van "directeur":


Verwante definities voor "directeur":

  1. wie aan het hoofd staat van een bedrijf of een school1
    • de directeur heeft hier de leiding1