Overzicht
Nederlands Synoniemen:   Meer gegevens...
  1. doorschijnend:
  2. doorschijnen:


Nederlands

Uitgebreide synoniemen voor doorschijnend in het Nederlands

doorschijnend:

doorschijnend bijvoeglijk naamwoord

  1. doorschijnend
    transparant; doorschijnend; doorzichtig

doorschijnend vorm van doorschijnen:

doorschijnen werkwoord (schijn door, schijnt door, scheen door, schenen door, doorgeschenen)

  1. doorschijnen
    doorschijnen
    • doorschijnen werkwoord (schijn door, schijnt door, scheen door, schenen door, doorgeschenen)

Conjugations for doorschijnen:

o.t.t.
  1. schijn door
  2. schijnt door
  3. schijnt door
  4. schijnen door
  5. schijnen door
  6. schijnen door
o.v.t.
  1. scheen door
  2. scheen door
  3. scheen door
  4. schenen door
  5. schenen door
  6. schenen door
v.t.t.
  1. heb doorgeschenen
  2. hebt doorgeschenen
  3. heeft doorgeschenen
  4. hebben doorgeschenen
  5. hebben doorgeschenen
  6. hebben doorgeschenen
v.v.t.
  1. had doorgeschenen
  2. had doorgeschenen
  3. had doorgeschenen
  4. hadden doorgeschenen
  5. hadden doorgeschenen
  6. hadden doorgeschenen
o.t.t.t.
  1. zal doorschijnen
  2. zult doorschijnen
  3. zal doorschijnen
  4. zullen doorschijnen
  5. zullen doorschijnen
  6. zullen doorschijnen
o.v.t.t.
  1. zou doorschijnen
  2. zou doorschijnen
  3. zou doorschijnen
  4. zouden doorschijnen
  5. zouden doorschijnen
  6. zouden doorschijnen
diversen
  1. schijn door!
  2. schijnt door!
  3. doorgeschenen
  4. doorschijnend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze

Verwante synoniemen voor doorschijnend