Nederlands

Uitgebreide synoniemen voor expres in het Nederlands

expres:

expres bijvoeglijk naamwoord

  1. expres
    opzettelijk; intentioneel; met opzet; expres
  2. expres
    opzettelijk; bewust; weloverwogen; expres; moedwillig; voorbedacht
  3. expres
    opzettelijk; moedwillig; voorbedacht; met opzet; expres
  4. expres
    – omdat hij het zo wilde 1
    bewust; expres
    – omdat hij het zo wilde 1
    • bewust bijvoeglijk naamwoord
      • hij gaf bewust een verkeerd adres op1
    • expres bijvoeglijk naamwoord
      • hij heeft expres gelogen1

Alternatieve synoniemen voor "expres":


Verwante definities voor "expres":

  1. omdat hij het zo wilde1
    • hij heeft expres gelogen1