Nederlands
Uitgebreide synoniemen voor gedaan in het Nederlands
gedaan:
-
gedaan
gereed; gedaan; gaar; doorgekookt-
gereed bijvoeglijk naamwoord
-
gedaan bijvoeglijk naamwoord
-
gaar bijvoeglijk naamwoord
-
doorgekookt bijvoeglijk naamwoord
-
-
gedaan
-
gedaan
voltooid; klaar; beëindigd; over; afgelopen; gereed; uit; gedaan; af; gepleegd; geëindigd; voorbij-
voltooid bijvoeglijk naamwoord
-
klaar bijvoeglijk naamwoord
-
beëindigd bijvoeglijk naamwoord
-
over bijvoeglijk naamwoord
-
afgelopen bijvoeglijk naamwoord
-
gereed bijvoeglijk naamwoord
-
uit bijvoeglijk naamwoord
-
gedaan bijvoeglijk naamwoord
-
af bijwoord
-
gepleegd bijvoeglijk naamwoord
-
geëindigd bijvoeglijk naamwoord
-
voorbij bijvoeglijk naamwoord
-
Verwante woorden van "gedaan":
gedaan vorm van doen:
-
doen
-
doen
– eraan werken, het uitvoeren 1 -
doen
– maken dat het erin of erop gaat 1 -
doen
– veroorzaken dat het gebeurt 1
Conjugations for doen:
o.t.t.
- doe
- doet
- doet
- doen
- doen
- doen
o.v.t.
- deed
- deed
- deed
- deden
- deden
- deden
v.t.t.
- heb gedaan
- hebt gedaan
- heeft gedaan
- hebben gedaan
- hebben gedaan
- hebben gedaan
v.v.t.
- had gedaan
- had gedaan
- had gedaan
- hadden gedaan
- hadden gedaan
- hadden gedaan
o.t.t.t.
- zal doen
- zult doen
- zal doen
- zullen doen
- zullen doen
- zullen doen
o.v.t.t.
- zou doen
- zou doen
- zou doen
- zouden doen
- zouden doen
- zouden doen
diversen
- doe!
- doet!
- gedaan
- doende
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze
-
het doen
– het werk verrichten waarvoor het bedoeld is 1