Overzicht


Nederlands

Uitgebreide synoniemen voor geilheid in het Nederlands

geilheid:

geilheid [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord

  1. de geilheid
    de geilheid; de opgewondenheid; de hitsigheid; de zin; de lust
    • geilheid [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord
    • opgewondenheid [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord
    • hitsigheid [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord
    • zin [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
    • lust [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord

Verwante woorden van "geilheid":


geilheid vorm van geil:

geil bijvoeglijk naamwoord

  1. geil
    geil; seksueel opgewonden; opgewonden; hitsig; heet

Verwante woorden van "geil":

  • geilheid, geiler, geilere, geilst, geilste, geile