Overzicht
Nederlands Synoniemen:   Meer gegevens...
  1. getijde:


Nederlands

Uitgebreide synoniemen voor getijde in het Nederlands

getijde:

getijde [het ~] zelfstandig naamwoord

  1. het getijde
    het tij; het getij; het getijde
    • tij [het ~] zelfstandig naamwoord
    • getij [het ~] zelfstandig naamwoord
    • getijde [het ~] zelfstandig naamwoord