Nederlands

Uitgebreide synoniemen voor groet in het Nederlands

groet:

groet [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord

  1. de groet
    de groet; de welkomstgroet; de begroeting; het saluut
  2. de groet
    de groet; de groeten
    • groet [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
    • groeten [de ~] zelfstandig naamwoord
  3. de groet
    de groet; het handgebaar
    • groet [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
    • handgebaar [het ~] zelfstandig naamwoord
  4. de groet
    – woord of gebaar bij binnenkomen of weggaan 1
    de groet
    – woord of gebaar bij binnenkomen of weggaan 1
    • groet [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
      • ik eindigde mijn brief met: vriendelijke groeten1

Verwante woorden van "groet":


Verwante definities voor "groet":

  1. woord of gebaar bij binnenkomen of weggaan1
    • ik eindigde mijn brief met: vriendelijke groeten1

groeten:

groeten [de ~] zelfstandig naamwoord

  1. de groeten
    de groet; de groeten
    • groet [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
    • groeten [de ~] zelfstandig naamwoord

groeten werkwoord (groet, groette, groetten, gegroet)

  1. groeten
    groeten; salueren
    • groeten werkwoord (groet, groette, groetten, gegroet)
    • salueren werkwoord (salueer, salueert, salueerde, salueerden, gesalueerd)
  2. groeten
    groeten; gedag zeggen; begroeten
    • groeten werkwoord (groet, groette, groetten, gegroet)
    • gedag zeggen werkwoord
    • begroeten werkwoord (begroet, begroette, begroetten, begroet)

Conjugations for groeten:

o.t.t.
  1. groet
  2. groet
  3. groet
  4. groeten
  5. groeten
  6. groeten
o.v.t.
  1. groette
  2. groette
  3. groette
  4. groetten
  5. groetten
  6. groetten
v.t.t.
  1. heb gegroet
  2. hebt gegroet
  3. heeft gegroet
  4. hebben gegroet
  5. hebben gegroet
  6. hebben gegroet
v.v.t.
  1. had gegroet
  2. had gegroet
  3. had gegroet
  4. hadden gegroet
  5. hadden gegroet
  6. hadden gegroet
o.t.t.t.
  1. zal groeten
  2. zult groeten
  3. zal groeten
  4. zullen groeten
  5. zullen groeten
  6. zullen groeten
o.v.t.t.
  1. zou groeten
  2. zou groeten
  3. zou groeten
  4. zouden groeten
  5. zouden groeten
  6. zouden groeten
en verder
  1. ben gegroet
  2. bent gegroet
  3. is gegroet
  4. zijn gegroet
  5. zijn gegroet
  6. zijn gegroet
diversen
  1. groet!
  2. groet!
  3. gegroet
  4. groetend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze

Verwante woorden van "groeten":


Verwante synoniemen voor groet