Overzicht
Nederlands Synoniemen:   Meer gegevens...
  1. houtsnijden:


Nederlands

Uitgebreide synoniemen voor houtsnijden in het Nederlands

houtsnijden:

houtsnijden werkwoord (snijd hout, snijdt hout, sneed hout, sneden hout, houtgesneden)

  1. houtsnijden
    houtsnijden
    • houtsnijden werkwoord (snijd hout, snijdt hout, sneed hout, sneden hout, houtgesneden)

Conjugations for houtsnijden:

o.t.t.
  1. snijd hout
  2. snijdt hout
  3. snijdt hout
  4. snijden hout
  5. snijden hout
  6. snijden hout
o.v.t.
  1. sneed hout
  2. sneed hout
  3. sneed hout
  4. sneden hout
  5. sneden hout
  6. sneden hout
v.t.t.
  1. heb houtgesneden
  2. hebt houtgesneden
  3. heeft houtgesneden
  4. hebben houtgesneden
  5. hebben houtgesneden
  6. hebben houtgesneden
v.v.t.
  1. had houtgesneden
  2. had houtgesneden
  3. had houtgesneden
  4. hadden houtgesneden
  5. hadden houtgesneden
  6. hadden houtgesneden
o.t.t.t.
  1. zal houtsnijden
  2. zult houtsnijden
  3. zal houtsnijden
  4. zullen houtsnijden
  5. zullen houtsnijden
  6. zullen houtsnijden
o.v.t.t.
  1. zou houtsnijden
  2. zou houtsnijden
  3. zou houtsnijden
  4. zouden houtsnijden
  5. zouden houtsnijden
  6. zouden houtsnijden
diversen
  1. snijd hout!
  2. snijdt hout!
  3. houtgesneden
  4. houdsnijden
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze