Home ->Woordenboeken ->Nederlands/Nederlands ->Vertaal huisschilders

Synoniemen voor "huisschilders" in het Nederlands

Overzicht

Nederlands Synoniemen: Meer gegevens...

huisschilders:
- schilders; ververs; huisschilders
huisschilder:
- schilder; verver; huisschilderes; huisschilder

Nederlands

Uitgebreide synoniemen voor huisschilders in het Nederlands

huisschilders:

huisschilders [de ~] zelfstandig naamwoord, mv.

de huisschilders
de schilders; de ververs; de huisschilders
- schilders [de ~] zelfstandig naamwoord, mv.
- ververs [de ~] zelfstandig naamwoord, mv.
- huisschilders [de ~] zelfstandig naamwoord, mv.

Verwante woorden van "huisschilders":

huisschilder

huisschilders vorm van huisschilder:

huisschilder [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord

de huisschilder
de schilder; de verver; huisschilderes; de huisschilder
- schilder [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
- verver [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
- huisschilderes [znw.] zelfstandig naamwoord
- huisschilder [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord

Verwante woorden van "huisschilder":

huisschilders