Overzicht
Nederlands Synoniemen:   Meer gegevens...
  1. inspanning:


Nederlands

Uitgebreide synoniemen voor inspanning in het Nederlands

inspanning:

inspanning [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord

  1. de inspanning
    de inspanning; de poging
    • inspanning [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
    • poging [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord
  2. de inspanning
    de soesa; de moeite; de inspanning; de last
    • soesa [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
    • moeite [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord
    • inspanning [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
    • last [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
  3. de inspanning
    het werk; de arbeid; de taak; de werkzaamheid; het vak; de inspanning; het ambacht; de bezigheid
    • werk [het ~] zelfstandig naamwoord
    • arbeid [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
    • taak [de ~] zelfstandig naamwoord
    • werkzaamheid [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord
    • vak [het ~] zelfstandig naamwoord
    • inspanning [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
    • ambacht [het ~] zelfstandig naamwoord
    • bezigheid [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord

Verwante synoniemen voor inspanning