Nederlandse synoniemen van kabinet, ander woord voor kabinet

Overzicht

Nederlands Synoniemen: Meer gegevens...

kabinet:
- regering; gouvernement; gezag; kabinet; Kamer der Staten-Generaal; kamer; kabinetkast

Nederlands

Uitgebreide synoniemen voor kabinet in het Nederlands

het kabinet
de regering; het gouvernement; het gezag; het kabinet
- regering [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord
- gouvernement [het ~] zelfstandig naamwoord
- gezag [het ~] zelfstandig naamwoord
- kabinet [het ~] zelfstandig naamwoord
het kabinet
het kabinet; Kamer der Staten-Generaal; de kamer
- kabinet [het ~] zelfstandig naamwoord
- Kamer der Staten-Generaal [znw.] zelfstandig naamwoord
- kamer [de ~] zelfstandig naamwoord
het kabinet
kabinetkast; het kabinet
- kabinetkast [znw.] zelfstandig naamwoord
- kabinet [het ~] zelfstandig naamwoord
het kabinet

– alle ministers bij elkaar ¹
het kabinet
– alle ministers bij elkaar ¹
- kabinet [het ~] zelfstandig naamwoord
  - het kabinet heeft een besluit genomen¹
het kabinet

– grote, ouderwetse kast ¹
het kabinet
– grote, ouderwetse kast ¹
- kabinet [het ~] zelfstandig naamwoord
  - in het kabinet van oma lagen stapels linnengoed¹