Nederlands

Uitgebreide synoniemen voor konde doen in het Nederlands

konde doen:

konde doen werkwoord (doe konde, doet konde, deed konde, deden konde, konde gedaan)

  1. konde doen
    aanschrijven; kennis geven; konde doen; aanzeggen
    • aanschrijven werkwoord (schrijf aan, schrijft aan, schreef aan, schreven aan, aangeschreven)
    • kennis geven werkwoord (geef kennis, geeft kennis, gaf kennis, gaven kennis, kennis gegeven)
    • konde doen werkwoord (doe konde, doet konde, deed konde, deden konde, konde gedaan)
    • aanzeggen werkwoord (zeg aan, zegt aan, zei aan, zeiden aan, aangezegd)

Conjugations for konde doen:

o.t.t.
  1. doe konde
  2. doet konde
  3. doet konde
  4. doen konde
  5. doen konde
  6. doen konde
o.v.t.
  1. deed konde
  2. deed konde
  3. deed konde
  4. deden konde
  5. deden konde
  6. deden konde
v.t.t.
  1. heb konde gedaan
  2. hebt konde gedaan
  3. heeft konde gedaan
  4. hebben konde gedaan
  5. hebben konde gedaan
  6. hebben konde gedaan
v.v.t.
  1. had konde gedaan
  2. had konde gedaan
  3. had konde gedaan
  4. hadden konde gedaan
  5. hadden konde gedaan
  6. hadden konde gedaan
o.t.t.t.
  1. zal konde doen
  2. zult konde doen
  3. zal konde doen
  4. zullen konde doen
  5. zullen konde doen
  6. zullen konde doen
o.v.t.t.
  1. zou konde doen
  2. zou konde doen
  3. zou konde doen
  4. zouden konde doen
  5. zouden konde doen
  6. zouden konde doen
diversen
  1. doe konde!
  2. doet konde!
  3. konde gedaan
  4. konde doend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze

konde doen [znw.] zelfstandig naamwoord

  1. konde doen
    informeren; aankondigen; de kennisgeving; kennisgeven; aanzeggen; konde doen

Verwante synoniemen voor konde doen