Overzicht
Nederlands Synoniemen:   Meer gegevens...
  1. maas:
  2. mazen:


Nederlands

Uitgebreide synoniemen voor maas in het Nederlands

maas:

maas [de ~] zelfstandig naamwoord

  1. de maas
    de maas
    • maas [de ~] zelfstandig naamwoord

Verwante woorden van "maas":


mazen:

mazen werkwoord (maas, maast, maasde, maasden, gemaasd)

  1. mazen
    mazen
    • mazen werkwoord (maas, maast, maasde, maasden, gemaasd)

Conjugations for mazen:

o.t.t.
  1. maas
  2. maast
  3. maast
  4. mazen
  5. mazen
  6. mazen
o.v.t.
  1. maasde
  2. maasde
  3. maasde
  4. maasden
  5. maasden
  6. maasden
v.t.t.
  1. heb gemaasd
  2. hebt gemaasd
  3. heeft gemaasd
  4. hebben gemaasd
  5. hebben gemaasd
  6. hebben gemaasd
v.v.t.
  1. had gemaasd
  2. had gemaasd
  3. had gemaasd
  4. hadden gemaasd
  5. hadden gemaasd
  6. hadden gemaasd
o.t.t.t.
  1. zal mazen
  2. zult mazen
  3. zal mazen
  4. zullen mazen
  5. zullen mazen
  6. zullen mazen
o.v.t.t.
  1. zou mazen
  2. zou mazen
  3. zou mazen
  4. zouden mazen
  5. zouden mazen
  6. zouden mazen
diversen
  1. maas!
  2. maast!
  3. gemaasd
  4. mazend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze

Verwante woorden van "mazen":