Home ->Woordenboeken ->Nederlands/Nederlands ->Vertaal ploegen

Synoniemen voor "ploegen" in het Nederlands

Overzicht
Nederlands Synoniemen:   Meer gegevens...
  1. ploegen:
  2. ploeg:

Nederlands

Uitgebreide synoniemen voor ploegen in het Nederlands

ploegen:

ploegen werkwoord (ploeg, ploegt, ploegde, ploegden, geploegd)

  1. ploegen
    omspitten; omploegen; omwerken; spitten; ploegen; omgraven
    • omspitten werkwoord (spit om, spitte om, spitten om, omgespit)
    • omploegen werkwoord (ploeg om, ploegt om, ploegde om, ploegden om, omgeploegd)
    • omwerken werkwoord (werk om, werkt om, werkte om, werkten om, omgewerkt)
    • spitten werkwoord (spit, spitte, spitten, gespit)
    • ploegen werkwoord (ploeg, ploegt, ploegde, ploegden, geploegd)
    • omgraven werkwoord

Conjugations for ploegen:

o.t.t.
  1. ploeg
  2. ploegt
  3. ploegt
  4. ploegen
  5. ploegen
  6. ploegen
o.v.t.
  1. ploegde
  2. ploegde
  3. ploegde
  4. ploegden
  5. ploegden
  6. ploegden
v.t.t.
  1. heb geploegd
  2. hebt geploegd
  3. heeft geploegd
  4. hebben geploegd
  5. hebben geploegd
  6. hebben geploegd
v.v.t.
  1. had geploegd
  2. had geploegd
  3. had geploegd
  4. hadden geploegd
  5. hadden geploegd
  6. hadden geploegd
o.t.t.t.
  1. zal ploegen
  2. zult ploegen
  3. zal ploegen
  4. zullen ploegen
  5. zullen ploegen
  6. zullen ploegen
o.v.t.t.
  1. zou ploegen
  2. zou ploegen
  3. zou ploegen
  4. zouden ploegen
  5. zouden ploegen
  6. zouden ploegen
diversen
  1. ploeg!
  2. ploegt!
  5. geploegd
  6. ploegend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze

Verwante woorden van "ploegen":


ploeg:

ploeg [de ~] zelfstandig naamwoord

  1. de ploeg
    het team; de ploeg; de partij
    • team [het ~] zelfstandig naamwoord
    • ploeg [de ~] zelfstandig naamwoord
    • partij [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord
  2. de ploeg
    de ploeg; het landbouwwerktuig
  3. de ploeg
    de ploeg; landbouwploeg
  4. de ploeg
    – groep werkers of sporters 1
    de ploeg
    – groep werkers of sporters 1
    • ploeg [de ~] zelfstandig naamwoord
      • deze ploeg werkt dag en nacht door1

Verwante woorden van "ploeg":


Verwante definities voor "ploeg":

  1. groep werkers of sporters1
    • deze ploeg werkt dag en nacht door1

Verwante synoniemen voor ploegen







Uw gratis, snelle en simpele vertaal woordenboek

Copyright © 2000-2024 Interglot ®

Pagina gepresenteerd in 0.0386 seconde
Page rendered in 1.0 seconds