Overzicht
Nederlands Synoniemen:   Meer gegevens...
  1. poets:
  2. poet:
  3. poetsen:


Nederlands

Uitgebreide synoniemen voor poets in het Nederlands

poets:

poets [de ~] zelfstandig naamwoord

  1. de poets
    de streek; de poets
    • streek [de ~] zelfstandig naamwoord
    • poets [de ~] zelfstandig naamwoord

Verwante woorden van "poets":


poet:

poet [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord

  1. de poet
    de poet
    • poet [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord

Verwante woorden van "poet":


poets vorm van poetsen:

poetsen werkwoord (poets, poetst, poetste, poetsten, gepoetst)

  1. poetsen
    wrijven; poetsen; oppoetsen; opblinken; opwrijven
    • wrijven werkwoord (wrijf, wrijft, wreef, wreven, gewreven)
    • poetsen werkwoord (poets, poetst, poetste, poetsten, gepoetst)
    • oppoetsen werkwoord (poets op, poetst op, poetste op, poetsten op, opgepoetst)
    • opblinken werkwoord (blink op, blinkt op, blonk op, blonken op, opgeblonken)
    • opwrijven werkwoord (wrijf op, wrijft op, wreef op, wreven op, opgewreven)
  2. poetsen
    – het schoon of glanzend wrijven 1
    poetsen
    – het schoon of glanzend wrijven 1
    • poetsen werkwoord (poets, poetst, poetste, poetsten, gepoetst)
      • je moet je schoenen poetsen1

Conjugations for poetsen:

o.t.t.
  1. poets
  2. poetst
  3. poetst
  4. poetsen
  5. poetsen
  6. poetsen
o.v.t.
  1. poetste
  2. poetste
  3. poetste
  4. poetsten
  5. poetsten
  6. poetsten
v.t.t.
  1. heb gepoetst
  2. hebt gepoetst
  3. heeft gepoetst
  4. hebben gepoetst
  5. hebben gepoetst
  6. hebben gepoetst
v.v.t.
  1. had gepoetst
  2. had gepoetst
  3. had gepoetst
  4. hadden gepoetst
  5. hadden gepoetst
  6. hadden gepoetst
o.t.t.t.
  1. zal poetsen
  2. zult poetsen
  3. zal poetsen
  4. zullen poetsen
  5. zullen poetsen
  6. zullen poetsen
o.v.t.t.
  1. zou poetsen
  2. zou poetsen
  3. zou poetsen
  4. zouden poetsen
  5. zouden poetsen
  6. zouden poetsen
en verder
  1. is gepoetst
  2. zijn gepoetst
diversen
  1. poets!
  2. poetst!
  3. gepoetst
  4. poetsend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze

Verwante woorden van "poetsen":


Verwante definities voor "poetsen":

  1. het schoon of glanzend wrijven1
    • je moet je schoenen poetsen1

Verwante synoniemen voor poets