Home
Woordenboeken
Word Fun
Over
Feedback
In English
Home
->
Woordenboeken
->
Nederlands/Nederlands
->Vertaal potje
Synoniemen voor "
potje
" in het Nederlands
Zoek
Remove Ads
Overzicht
Nederlands Synoniemen:
Meer gegevens...
potje:
wedstrijdje
;
partijtje
;
potje
pot:
lesbienne
;
pot
;
vat
;
barrel
;
ton
;
fust
;
bak
;
emmer
;
teil
;
kuip
;
wedstrijd
;
partij
;
concours
;
strijd
;
poule
;
inzet
;
speelgeld
;
kookpot
Nederlands
Uitgebreide synoniemen voor
potje
in het Nederlands
potje:
potje
[
het ~
]
zelfstandig naamwoord
het potje
het
wedstrijdje
;
het
partijtje
;
het
potje
wedstrijdje
[
het ~
]
zelfstandig naamwoord
partijtje
[
het ~
]
zelfstandig naamwoord
potje
[
het ~
]
zelfstandig naamwoord
Verwante woorden van "potje":
potjes
,
pot
potje
vorm van
pot
:
pot
[
de ~ (m)
]
zelfstandig naamwoord
de pot
de
lesbienne
;
de
pot
lesbienne
[
de ~ (v)
]
zelfstandig naamwoord
pot
[
de ~ (m)
]
zelfstandig naamwoord
de pot
de
vat
;
de
barrel
;
de
ton
;
het
fust
;
de
bak
;
de
emmer
;
de
pot
;
de
teil
;
de
kuip
vat
[
de ~ (m)
]
zelfstandig naamwoord
barrel
[
de ~ (m)
]
zelfstandig naamwoord
ton
[
de ~
]
zelfstandig naamwoord
fust
[
het ~
]
zelfstandig naamwoord
bak
[
de ~ (m)
]
zelfstandig naamwoord
emmer
[
de ~ (m)
]
zelfstandig naamwoord
pot
[
de ~ (m)
]
zelfstandig naamwoord
teil
[
de ~
]
zelfstandig naamwoord
kuip
[
de ~
]
zelfstandig naamwoord
de pot
de
wedstrijd
;
de
partij
;
de
concours
;
de
strijd
;
de
pot
wedstrijd
[
de ~ (m)
]
zelfstandig naamwoord
partij
[
de ~ (v)
]
zelfstandig naamwoord
concours
[
de ~ (m)
]
zelfstandig naamwoord
strijd
[
de ~ (m)
]
zelfstandig naamwoord
pot
[
de ~ (m)
]
zelfstandig naamwoord
de pot
de
poule
;
de
inzet
;
de
pot
;
het
speelgeld
poule
[
de ~
]
zelfstandig naamwoord
inzet
[
de ~ (m)
]
zelfstandig naamwoord
pot
[
de ~ (m)
]
zelfstandig naamwoord
speelgeld
[
het ~
]
zelfstandig naamwoord
de pot
de
kookpot
;
de
pot
kookpot
[
de ~ (m)
]
zelfstandig naamwoord
pot
[
de ~ (m)
]
zelfstandig naamwoord
de pot
– geld dat ingezet wordt bij een spel
1
de
pot
– geld dat ingezet wordt bij een spel
1
pot
[
de ~ (m)
]
zelfstandig naamwoord
ik heb de pot gewonnen
1
de pot
– lage schaal om in te plassen
1
de
pot
– lage schaal om in te plassen
1
pot
[
de ~ (m)
]
zelfstandig naamwoord
hij zet de kleuter op de pot
1
de pot
– vat van aardewerk of glas
1
de
pot
– vat van aardewerk of glas
1
pot
[
de ~ (m)
]
zelfstandig naamwoord
hebben we nog een pot appelmoes?
1
Verwante woorden van "pot":
potten
,
poten
,
pots
,
potje
Verwante definities voor "pot":
geld dat ingezet wordt bij een spel
1
ik heb de pot gewonnen
1
lage schaal om in te plassen
1
hij zet de kleuter op de pot
1
vat van aardewerk of glas
1
hebben we nog een pot appelmoes?
1
1
Muiswerk Woordenboek
Remove Ads