Nederlands

Uitgebreide synoniemen voor potje in het Nederlands

potje:

potje [het ~] zelfstandig naamwoord

  1. het potje
    het wedstrijdje; het partijtje; het potje

Verwante woorden van "potje":


potje vorm van pot:

pot [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord

  1. de pot
    de lesbienne; de pot
    • lesbienne [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord
    • pot [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
  2. de pot
    de vat; de barrel; de ton; het fust; de bak; de emmer; de pot; de teil; de kuip
    • vat [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
    • barrel [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
    • ton [de ~] zelfstandig naamwoord
    • fust [het ~] zelfstandig naamwoord
    • bak [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
    • emmer [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
    • pot [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
    • teil [de ~] zelfstandig naamwoord
    • kuip [de ~] zelfstandig naamwoord
  3. de pot
    de wedstrijd; de partij; de concours; de strijd; de pot
    • wedstrijd [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
    • partij [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord
    • concours [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
    • strijd [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
    • pot [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
  4. de pot
    de poule; de inzet; de pot; het speelgeld
    • poule [de ~] zelfstandig naamwoord
    • inzet [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
    • pot [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
    • speelgeld [het ~] zelfstandig naamwoord
  5. de pot
    de kookpot; de pot
    • kookpot [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
    • pot [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
  6. de pot
    – geld dat ingezet wordt bij een spel 1
    de pot
    – geld dat ingezet wordt bij een spel 1
    • pot [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
      • ik heb de pot gewonnen1
  7. de pot
    – lage schaal om in te plassen 1
    de pot
    – lage schaal om in te plassen 1
    • pot [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
      • hij zet de kleuter op de pot1
  8. de pot
    – vat van aardewerk of glas 1
    de pot
    – vat van aardewerk of glas 1
    • pot [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
      • hebben we nog een pot appelmoes?1

Verwante woorden van "pot":


Verwante definities voor "pot":

  1. geld dat ingezet wordt bij een spel1
    • ik heb de pot gewonnen1
  2. lage schaal om in te plassen1
    • hij zet de kleuter op de pot1
  3. vat van aardewerk of glas1
    • hebben we nog een pot appelmoes?1