Overzicht


Nederlands

Uitgebreide synoniemen voor rang in het Nederlands

rang:

rang [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord

  1. de rang
    maatschappelijke klasse; de klasse; de stand; de rang; de orde; de slag
    • maatschappelijke klasse [znw.] zelfstandig naamwoord
    • klasse [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord
    • stand [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
    • rang [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
    • orde [de ~] zelfstandig naamwoord
    • slag [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
  2. de rang
    de rang; de rangorde; het gelid
    • rang [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
    • rangorde [de ~] zelfstandig naamwoord
    • gelid [het ~] zelfstandig naamwoord
  3. de rang
    de hiërarchie; de rangorde; de volgorde; de rang
    • hiërarchie [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord
    • rangorde [de ~] zelfstandig naamwoord
    • volgorde [de ~] zelfstandig naamwoord
    • rang [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord

Verwante woorden van "rang":

  • rangen

Verwante synoniemen voor rang