Nederlandse synoniemen van rechten, ander woord voor rechten

Remove Ads

Overzicht

Nederlands Synoniemen: Meer gegevens...

rechten:
- rechten; gebruikersrechten
recht:
- gerechtigheid; recht; gewoonterecht; aanspraak; rechtsgrond; titel; rechtstitel; rechtspraak; rechtspleging
- loodrecht; recht; lijnrecht; kaarsrecht
- recht

Nederlands

Uitgebreide synoniemen voor rechten in het Nederlands

rechten:

rechten [de ~] zelfstandig naamwoord, mv.

de rechten
de rechten
- rechten [de ~] zelfstandig naamwoord, mv.
de rechten
de rechten; gebruikersrechten
- rechten [de ~] zelfstandig naamwoord
- gebruikersrechten

Verwante woorden van "rechten":

rechtens, recht

recht:

recht [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord

de recht
de gerechtigheid; de recht
- gerechtigheid [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord
- recht [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
de recht
het gewoonterecht; de recht
- gewoonterecht [het ~] zelfstandig naamwoord
- recht [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
de recht
de aanspraak; de rechtsgrond; de recht; de titel; de rechtstitel
- aanspraak [de ~] zelfstandig naamwoord
- rechtsgrond [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
- recht [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
- titel [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
- rechtstitel [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
de recht
de rechtspraak; de recht; de rechtspleging
- rechtspraak [de ~] zelfstandig naamwoord
- recht [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
- rechtspleging [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord

recht bijvoeglijk naamwoord

recht
loodrecht; recht; lijnrecht; kaarsrecht
- loodrecht bijvoeglijk naamwoord
- recht bijvoeglijk naamwoord
- lijnrecht bijvoeglijk naamwoord
- kaarsrecht bijvoeglijk naamwoord
recht

– horizontaal of verticaal ¹
recht
– horizontaal of verticaal ¹
- recht bijvoeglijk naamwoord
  - het schilderij hangt recht¹
recht

– niet gebogen ¹
recht
– niet gebogen ¹
- recht bijvoeglijk naamwoord
  - teken een rechte lijn¹
recht

– wat eerlijk en rechtvaardig is ¹
recht
– wat eerlijk en rechtvaardig is ¹
- recht bijvoeglijk naamwoord
  - je moet hem wel recht doen¹

recht [het ~] zelfstandig naamwoord

het recht

– breisteek waarbij de steken aan de voorkant zijn ingestoken ¹
het recht
– breisteek waarbij de steken aan de voorkant zijn ingestoken ¹
- recht [het ~] zelfstandig naamwoord
  - deze sjaal is recht gebreid¹
het recht

– geheel van wetten en regels ¹
het recht
– geheel van wetten en regels ¹
- recht [het ~] zelfstandig naamwoord
  - dit is in strijd met het Nederlandse recht¹
het recht

– wat je mag doen of hebben ¹
het recht
– wat je mag doen of hebben ¹
- recht [het ~] zelfstandig naamwoord
  - iedereen heeft recht op onderwijs¹

Verwante woorden van "recht":

rechtheid, rechten, rechts, rechte

Antoniemen van "recht":

schuin; krom; onrecht; plicht; taak

Verwante definities voor "recht":

breisteek waarbij de steken aan de voorkant zijn ingestoken¹
- deze sjaal is recht gebreid¹
geheel van wetten en regels¹
- dit is in strijd met het Nederlandse recht¹
horizontaal of verticaal¹
- het schilderij hangt recht¹
niet gebogen¹
- teken een rechte lijn¹
wat eerlijk en rechtvaardig is¹
- je moet hem wel recht doen¹
wat je mag doen of hebben¹
- iedereen heeft recht op onderwijs¹

Verwante synoniemen voor rechten

meester in de rechten

¹Muiswerk Woordenboek

Remove Ads

Synoniemen voor "rechten" in het Nederlands

Uitgebreide synoniemen voor rechten in het Nederlands

rechten:

rechten [de ~] zelfstandig naamwoord, mv.

de rechten

de rechten

Verwante woorden van "rechten":

recht:

recht [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord

de recht

de recht

de recht

de recht

recht bijvoeglijk naamwoord

recht

recht

recht

recht

recht [het ~] zelfstandig naamwoord

het recht

het recht

het recht

Verwante woorden van "recht":

Antoniemen van "recht":

Verwante definities voor "recht":

Verwante synoniemen voor rechten