Overzicht
Nederlands Synoniemen:   Meer gegevens...
  1. smoelwerk:


Nederlands

Uitgebreide synoniemen voor smoelwerk in het Nederlands

smoelwerk:

smoelwerk [het ~] zelfstandig naamwoord

  1. het smoelwerk
    de bek; de smoel; de muil; de waffel; het smoelwerk
    • bek [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
    • smoel [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
    • muil [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
    • waffel [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
    • smoelwerk [het ~] zelfstandig naamwoord
  2. het smoelwerk
    porum; de smoel; de snuit; het bakkes; ponum; de tronie; het smoelwerk; de snoet
    • porum [znw.] zelfstandig naamwoord
    • smoel [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
    • snuit [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
    • bakkes [het ~] zelfstandig naamwoord
    • ponum [znw.] zelfstandig naamwoord
    • tronie [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord
    • smoelwerk [het ~] zelfstandig naamwoord
    • snoet [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord

Verwante woorden van "smoelwerk":

  • smoelwerken