Overzicht
Nederlands Synoniemen:   Meer gegevens...
  1. snack:


Nederlands

Uitgebreide synoniemen voor snack in het Nederlands

snack:

snack [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord

  1. de snack
    het tussendoortje; de snack; het hapje
    • tussendoortje [het ~] zelfstandig naamwoord
    • snack [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
    • hapje [het ~] zelfstandig naamwoord
  2. de snack
    – hartig hapje 1
    de snack
    – hartig hapje 1
    • snack [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
      • we kregen allerlei snacks bij de borrel1

Verwante woorden van "snack":

  • snacks

Verwante definities voor "snack":

  1. hartig hapje1
    • we kregen allerlei snacks bij de borrel1