Nederlands
Uitgebreide synoniemen voor strakheid in het Nederlands
strakheid:
strak:
-
strak
nauwsluitend; strak; nauw-
nauwsluitend bijvoeglijk naamwoord
-
strak bijvoeglijk naamwoord
-
nauw bijvoeglijk naamwoord
-
-
strak
-
strak
-
strak