Overzicht
Nederlands Synoniemen:   Meer gegevens...
  1. teveel:


Nederlands

Uitgebreide synoniemen voor teveel in het Nederlands

teveel:

teveel [het ~] zelfstandig naamwoord

  1. het teveel
    het surplus; het teveel; de overmaat; de overdaad
    • surplus [het ~] zelfstandig naamwoord
    • teveel [het ~] zelfstandig naamwoord
    • overmaat [de ~] zelfstandig naamwoord
    • overdaad [de ~] zelfstandig naamwoord
  2. het teveel
    het surplus; het teveel; het overschot; het agio; de rest; het exces
    • surplus [het ~] zelfstandig naamwoord
    • teveel [het ~] zelfstandig naamwoord
    • overschot [het ~] zelfstandig naamwoord
    • agio [het ~] zelfstandig naamwoord
    • rest [de ~] zelfstandig naamwoord
    • exces [het ~] zelfstandig naamwoord
  3. het teveel
    – deel dat je overhoudt 1
    het teveel
    – deel dat je overhoudt 1
    • teveel [het ~] zelfstandig naamwoord
      • hij heeft een teveel aan energie1

Verwante woorden van "teveel":

  • tevelen

Antoniemen van "teveel":


Verwante definities voor "teveel":

  1. deel dat je overhoudt1
    • hij heeft een teveel aan energie1

Verwante synoniemen voor teveel