Overzicht
Nederlands Synoniemen:   Meer gegevens...
  1. trio:


Nederlands

Uitgebreide synoniemen voor trio in het Nederlands

trio:

trio [het ~] zelfstandig naamwoord

  1. het trio
    de drie; het trio; het drietal
    • drie [de ~] zelfstandig naamwoord
    • trio [het ~] zelfstandig naamwoord
    • drietal [het ~] zelfstandig naamwoord