Overzicht
Nederlands Synoniemen:   Meer gegevens...
  1. uit zijn evenwicht raken:


Nederlands

Uitgebreide synoniemen voor uit zijn evenwicht raken in het Nederlands

uit zijn evenwicht raken:

uit zijn evenwicht raken werkwoord (raak uit zijn evenwicht, raakt uit zijn evenwicht, raakte uit zijn evenwicht, raakten uit zijn evenwicht, uit zijn evenwicht geraakt)

  1. uit zijn evenwicht raken
    uit zijn evenwicht raken
    • uit zijn evenwicht raken werkwoord (raak uit zijn evenwicht, raakt uit zijn evenwicht, raakte uit zijn evenwicht, raakten uit zijn evenwicht, uit zijn evenwicht geraakt)

Conjugations for uit zijn evenwicht raken:

o.t.t.
  1. raak uit zijn evenwicht
  2. raakt uit zijn evenwicht
  3. raakt uit zijn evenwicht
  4. raken uit zijn evenwicht
  5. raken uit zijn evenwicht
  6. raken uit zijn evenwicht
o.v.t.
  1. raakte uit zijn evenwicht
  2. raakte uit zijn evenwicht
  3. raakte uit zijn evenwicht
  4. raakten uit zijn evenwicht
  5. raakten uit zijn evenwicht
  6. raakten uit zijn evenwicht
v.t.t.
  1. ben uit zijn evenwicht geraakt
  2. bent uit zijn evenwicht geraakt
  3. is uit zijn evenwicht geraakt
  4. zijn uit zijn evenwicht geraakt
  5. zijn uit zijn evenwicht geraakt
  6. zijn uit zijn evenwicht geraakt
v.v.t.
  1. was uit zijn evenwicht geraakt
  2. was uit zijn evenwicht geraakt
  3. was uit zijn evenwicht geraakt
  4. waren uit zijn evenwicht geraakt
  5. waren uit zijn evenwicht geraakt
  6. waren uit zijn evenwicht geraakt
o.t.t.t.
  1. zal uit zijn evenwicht raken
  2. zult uit zijn evenwicht raken
  3. zal uit zijn evenwicht raken
  4. zullen uit zijn evenwicht raken
  5. zullen uit zijn evenwicht raken
  6. zullen uit zijn evenwicht raken
o.v.t.t.
  1. zou uit zijn evenwicht raken
  2. zou uit zijn evenwicht raken
  3. zou uit zijn evenwicht raken
  4. zouden uit zijn evenwicht raken
  5. zouden uit zijn evenwicht raken
  6. zouden uit zijn evenwicht raken
diversen
  1. raak uit zijn evenwicht!
  2. raakt uit zijn evenwicht!
  3. uit zijn evenwicht geraakt
  4. uit zijn evenwicht rakend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze

Verwante synoniemen voor uit zijn evenwicht raken