Nederlands

Uitgebreide synoniemen voor vanzelf in het Nederlands

vanzelf:

vanzelf bijwoord

  1. vanzelf
    vanzelf; uit zichzelf
  2. vanzelf
    moeiteloos; zonder moeite; in een handomdraai; vanzelf
  3. vanzelf
    – wat iedereen zo begrijpt 1
    natuurlijk; vanzelfsprekend; uiteraard; vanzelf
    – wat iedereen zo begrijpt 1
    • natuurlijk bijvoeglijk naamwoord
      • Jan heeft natuurlijk weer een 10 voor dat proefwerk1
    • vanzelfsprekend bijvoeglijk naamwoord
      • vanzelfsprekend neem ik een cadeautje voor je mee1
    • uiteraard bijwoord
      • we blijven op oudejaarsavond uiteraard wakker tot na twaalven1
    • vanzelf bijwoord
      • doe je mee? vanzelf!1
  4. vanzelf
    – zonder hulp van iets of iemand 1
    vanzelf
    – zonder hulp van iets of iemand 1
    • vanzelf bijwoord
      • de deur ging vanzelf dicht1

Alternatieve synoniemen voor "vanzelf":


Verwante definities voor "vanzelf":

  1. wat iedereen zo begrijpt1
    • doe je mee? vanzelf!1
  2. zonder hulp van iets of iemand1
    • de deur ging vanzelf dicht1