Overzicht
Nederlands Synoniemen:   Meer gegevens...
  1. verleden tijd:


Nederlands

Uitgebreide synoniemen voor verleden tijd in het Nederlands

verleden tijd:

verleden tijd [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord

  1. de verleden tijd
    de verleden tijd; de onvoltooid verleden tijd; de o.v.t.

Verwante synoniemen voor verleden tijd