Overzicht
Nederlands Synoniemen:   Meer gegevens...
  1. voortbewegen:


Nederlands

Uitgebreide synoniemen voor voortbewegen in het Nederlands

voortbewegen:

voortbewegen werkwoord (beweeg voort, beweegt voort, bewoog voort, bewogen voort, voortbewogen)

  1. voortbewegen
    voortbewegen
    • voortbewegen werkwoord (beweeg voort, beweegt voort, bewoog voort, bewogen voort, voortbewogen)

Conjugations for voortbewegen:

o.t.t.
  1. beweeg voort
  2. beweegt voort
  3. beweegt voort
  4. bewegen voort
  5. bewegen voort
  6. bewegen voort
o.v.t.
  1. bewoog voort
  2. bewoog voort
  3. bewoog voort
  4. bewogen voort
  5. bewogen voort
  6. bewogen voort
v.t.t.
  1. heb voortbewogen
  2. hebt voortbewogen
  3. heeft voortbewogen
  4. hebben voortbewogen
  5. hebben voortbewogen
  6. hebben voortbewogen
v.v.t.
  1. had voortbewogen
  2. had voortbewogen
  3. had voortbewogen
  4. hadden voortbewogen
  5. hadden voortbewogen
  6. hadden voortbewogen
o.t.t.t.
  1. zal voortbewegen
  2. zult voortbewegen
  3. zal voortbewegen
  4. zullen voortbewegen
  5. zullen voortbewegen
  6. zullen voortbewegen
o.v.t.t.
  1. zou voortbewegen
  2. zou voortbewegen
  3. zou voortbewegen
  4. zouden voortbewegen
  5. zouden voortbewegen
  6. zouden voortbewegen
diversen
  1. beweeg voort!
  2. beweegt voort!
  3. voortbewogen
  4. voortbewegend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze

Verwante synoniemen voor voortbewegen