Overzicht
Nederlands Synoniemen:   Meer gegevens...
  1. wegvloeien:


Nederlands

Uitgebreide synoniemen voor wegvloeien in het Nederlands

wegvloeien:

wegvloeien werkwoord (vloei weg, vloeit weg, vloeide weg, vloeiden weg, weggevloeid)

  1. wegvloeien
    afvloeien; wegvloeien; wegstromen
    • afvloeien werkwoord (vloei af, vloeit af, vloeide af, vloeiden af, afgevloeid)
    • wegvloeien werkwoord (vloei weg, vloeit weg, vloeide weg, vloeiden weg, weggevloeid)
    • wegstromen werkwoord (stroom weg, stroomt weg, stroomde weg, stroomden weg, weggestroomd)

Conjugations for wegvloeien:

o.t.t.
  1. vloei weg
  2. vloeit weg
  3. vloeit weg
  4. vloeien weg
  5. vloeien weg
  6. vloeien weg
o.v.t.
  1. vloeide weg
  2. vloeide weg
  3. vloeide weg
  4. vloeiden weg
  5. vloeiden weg
  6. vloeiden weg
v.t.t.
  1. ben weggevloeid
  2. bent weggevloeid
  3. is weggevloeid
  4. zijn weggevloeid
  5. zijn weggevloeid
  6. zijn weggevloeid
v.v.t.
  1. was weggevloeid
  2. was weggevloeid
  3. was weggevloeid
  4. waren weggevloeid
  5. waren weggevloeid
  6. waren weggevloeid
o.t.t.t.
  1. zal wegvloeien
  2. zult wegvloeien
  3. zal wegvloeien
  4. zullen wegvloeien
  5. zullen wegvloeien
  6. zullen wegvloeien
o.v.t.t.
  1. zou wegvloeien
  2. zou wegvloeien
  3. zou wegvloeien
  4. zouden wegvloeien
  5. zouden wegvloeien
  6. zouden wegvloeien
diversen
  1. vloei weg!
  2. vloeit weg!
  3. weggevloeid
  4. wegvloeiend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze

Verwante synoniemen voor wegvloeien