Overzicht
Nederlands Synoniemen:   Meer gegevens...
  1. markt:


Nederlands

Uitgebreide synoniemen voor markt in het Nederlands

markt:

markt [de ~] zelfstandig naamwoord

  1. de markt
    de markt; de handel; de goederenhandel
  2. de markt
    de markt
    • markt [de ~] zelfstandig naamwoord
  3. de markt
    – handelaren die in de open lucht van alles verkopen 1
    de markt
    – handelaren die in de open lucht van alles verkopen 1
    • markt [de ~] zelfstandig naamwoord
      • we kopen altijd groente op de markt1
  4. de markt
    – koop en verkoop van produkten in het algemeen 1
    de markt
    – koop en verkoop van produkten in het algemeen 1
    • markt [de ~] zelfstandig naamwoord
      • er komen elke dag nieuwe apparaten op de markt1

Verwante woorden van "markt":

  • marktten, markten

Verwante definities voor "markt":

  1. handelaren die in de open lucht van alles verkopen1
    • we kopen altijd groente op de markt1
  2. koop en verkoop van produkten in het algemeen1
    • er komen elke dag nieuwe apparaten op de markt1

Verwante synoniemen voor markt