Overzicht
Nederlands naar Zweeds:   Meer gegevens...
  1. koelen:
  2. Wiktionary:
Zweeds naar Nederlands:   Meer gegevens...
  1. Kölen:


Nederlands

Uitgebreide vertaling voor koelen (Nederlands) in het Zweeds

koelen:

koelen werkwoord (koel, koelt, koelde, koelden, gekoeld)

  1. koelen (verkoelen; verkillen; afkoelen)
    lungna ner sig; kyla av
    • lungna ner sig werkwoord (lungnar ner sig, lungnade ner sig, lungnat ner sig)
    • kyla av werkwoord (kyler av, kylde av, kylt av)

Conjugations for koelen:

o.t.t.
  1. koel
  2. koelt
  3. koelt
  4. koelen
  5. koelen
  6. koelen
o.v.t.
  1. koelde
  2. koelde
  3. koelde
  4. koelden
  5. koelden
  6. koelden
v.t.t.
  1. heb gekoeld
  2. hebt gekoeld
  3. heeft gekoeld
  4. hebben gekoeld
  5. hebben gekoeld
  6. hebben gekoeld
v.v.t.
  1. had gekoeld
  2. had gekoeld
  3. had gekoeld
  4. hadden gekoeld
  5. hadden gekoeld
  6. hadden gekoeld
o.t.t.t.
  1. zal koelen
  2. zult koelen
  3. zal koelen
  4. zullen koelen
  5. zullen koelen
  6. zullen koelen
o.v.t.t.
  1. zou koelen
  2. zou koelen
  3. zou koelen
  4. zouden koelen
  5. zouden koelen
  6. zouden koelen
en verder
  1. ben gekoeld
  2. bent gekoeld
  3. is gekoeld
  4. zijn gekoeld
  5. zijn gekoeld
  6. zijn gekoeld
diversen
  1. koel!
  2. koelt!
  3. gekoeld
  4. koelend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze

Vertaal Matrix voor koelen:

WerkwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
kyla av afkoelen; koelen; verkillen; verkoelen
lungna ner sig afkoelen; koelen; verkillen; verkoelen

Wiktionary: koelen


Cross Translation:
FromToVia
koelen svalna cool down — to become cooler (temperature
koelen kallna; svalna refroidirrendre froid.



Zweeds

Uitgebreide vertaling voor koelen (Zweeds) in het Nederlands

Kölen:

Kölen

  1. Kölen

Vertaal Matrix voor Kölen:

OverVerwante vertalingenAndere vertalingen
Keulen Kölen